e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q113p plaats=Heerlen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verwelken verslakken: versjlakke (Heerlen), versjlakde blomme  versjlakke (Heerlen), WBD/WLD  vərsjlákkə (Heerlen) Slap worden en geur en kleur verliezen, gezegd van bloemen (Slekkeren, verwelken, verflensen). [N 82 (1981)] || verwelken III-4-3
verwelkt verslakt: WBD/WLD  vərsjlàkt (Heerlen) Verwelkt, gezegd van bloemen (pens). [N 82 (1981)] III-4-3
verwend kindje poet: pōēt (Heerlen) een bedorven, door en door verwend kind [babaard, babbe, kinnebaba] [N 87 (1981)] III-2-2
verwensen verwensen: vərwunsjə (Heerlen) iemand kwaad toewensen [wensen, verdijen, verwensen] [N 85 (1981)] III-3-1
verzegeld broed gesloten broed: gǝšloǝtǝ brut (Heerlen), gesloten dop: (mv)  gǝšloǝtǝ døp (Heerlen) Gesloten broed. Het stadium van het broed waarbij de larf volgroeid is. De cel wordt door de werkbijen afgedekt met zegelwas. De larf kan zich gaan verpoppen. [N 63, 25b; N 63, 20a; N 63, 23d; N 63, 23a] II-6
verzegelde honing gezegelde honing: gǝzīgǝldǝ huǝneŋ (Heerlen) Honing uit een verzegelde raat. Ten aanzien van het woordtype rijpe honing merkt de informant uit L 333 op dat men, wanneer een raampje voor twee-derde verzegeld is, de honing rijp mag noemen. [N 63, 114a; N 63, 113a; monogr.] II-6
verzegelen verzegelen: vǝrziǝgǝlǝ (Heerlen) Het sluiten van de cellen door de werkbijen met een dekseltje van was. Dit sluiten of verzegelen gaat onmiddellijk vooraf aan het poppestadium van de larven. [N 63, 23a; Ge 37, 71] II-6
verzoek verzoek: vərzeuk (Heerlen) het vragen iets te willen doen, verzoek [bede] [N 85 (1981)] III-3-1
verzopen kalk verzopen kalk: vǝrzoǝpǝ kalǝk (Heerlen) Kalk waaraan tijdens het blussen teveel water is toegevoegd waardoor deze te sterk afkoelt. [N 30, 34; monogr.] II-9
verzopen mortel natte spijs: nātǝ [spijs] (Heerlen) Mortel waar teveel water in is verwerkt. Zie voor de fonetische documentatie van het woord '(spijs)' het lemma 'Mortel'. [N 30, 43a; monogr.] II-9