25055 |
armvol |
arm:
enne erm höj (Q113p Heerlen),
ɛrǝm (Q113p Heerlen),
armvol:
en ervel höj (Q113p Heerlen),
ene ermvel höj (Q113p Heerlen),
ermvol huuj (Q113p Heerlen),
ervel (Q113p Heerlen, ...
Q113p Heerlen),
ervel huij (Q113p Heerlen),
hervel (Q113p Heerlen),
hèèlvər (Q113p Heerlen),
hèèrvəl (Q113p Heerlen),
inne erm vol höj (Q113p Heerlen),
inne ervel heuj (Q113p Heerlen),
ęrǝmvǝl (Q113p Heerlen),
ɛrvǝl (Q113p Heerlen),
ɛrǝmvǫl (Q113p Heerlen),
(klaver: handvol = hanfel: hervel = ervel: bet, armool
hervel klieë (Q113p Heerlen),
handvol:
hampfel huij (Q113p Heerlen),
hampfǝl (Q113p Heerlen)
|
armvol [SGV (1914)] || armvol hooi [ennen erval hoj] [N 07 (1961)] || bundel [SGV (1914)] || de hoeveelheid die men met de armen kan omvatten [armvol, elver, ervel, speet] [N 91 (1982)] || De hoeveelheid stro of aren die men in de armen kan vasthouden. Zie ook het lemma ''handvol hooi'' (5.1.4) in aflevering I.3. [N 7, 58; L 1, a-m; L 1u, 8; L A1, 88; Wi 51; monogr.]
I-4, III-4-4
|
21570 |
arresteren |
arresteren (<fr.):
àrrəsteerə (Q113p Heerlen),
vastzetten:
vàszèttə (Q113p Heerlen)
|
iemand in hechtenis nemen [bekommeren, arresteren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
19499 |
as van het vuur |
kluitendrek:
klutedrek (Q113p Heerlen)
|
kachelas
III-2-1
|
32672 |
asblok |
asblok:
as˱blǫk (Q113p Heerlen, ...
Q113p Heerlen)
|
Het als ashouder of als as fungerende houten blok waaraan de wielen van de voorploeg bevestigd zijn. [N 11, 31.I.a; N 11A, 97a] || Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.]
I-1, I-13
|
30553 |
asfaltpapier |
asfaltlaag:
asfaltlǭǝx (Q113p Heerlen),
vochtlaag:
vǫxlǭǝx (Q113p Heerlen),
vochtwering:
vǫxwē̜reŋ (Q113p Heerlen)
|
Poreus bordpapier, gedrenkt in asfalt of zware teeroliën. Asfaltpapier wordt gebruikt als isolatiemateriaal tegen vocht maar ook als dakbedekking. 'Lodorite' is een asfaltbitumen juteweefsel dat als afdichtingsmateriaal in stroken wordt verwerkt. [N 31, 36b; N 64, 155b; monogr.]
II-9
|
33277 |
asperge |
asperge:
aspɛržǝ (Q113p Heerlen),
aspergel:
aspɛrgǝl (Q113p Heerlen),
Hgd. Spargel. Gr. aspharagos
aspergel (Q113p Heerlen)
|
Asparagus officinalis L. Een tot 2 meter hoge plant met naaldvormige takjes en rode bessen, die op zandgronden groeit en om de jonge, ondergrondse spruiten als groente wordt geteeld in aspergebedden. [N Q, 7; monogr.] || asperge
I-5, I-7
|
22897 |
aswoensdag |
asselegoensdag:
Eschelegoansdig (Q113p Heerlen)
|
Aschwoensdag [SGV (1914)]
III-3-3
|
19561 |
aszeef |
kolenzeef:
koalezeef (Q113p Heerlen),
om kolen te zeven
kōālezeef (Q113p Heerlen),
ringelskorf:
met 2 handvaten
ringelskörf (Q113p Heerlen)
|
zeef; inventarisatie soorten en gebruiksmogelijkheden; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|
21904 |
atelier |
atelier (fr.):
àttəljee (Q113p Heerlen),
werkplaats:
wīrkplààtsj (Q113p Heerlen),
werkstatt (du.):
Van Dale (DN): Werkstatt, 1. werkplaats, garage; - 2. atelier (v.e. kunstenaar).
wèrksjtàt (Q113p Heerlen)
|
de ruimte, ingericht om er te werken met gereedschappen en/of machines [atelier, werkplaats] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
33499 |
augurk |
augurk:
WBD/WLD
oogurk (Q113p Heerlen),
komkommertje:
WBD/WLD
kómkummərkə (Q113p Heerlen)
|
Een soort van kleine komkommer die vaak in azijn wordt ingemaakt; een augurk (canichon, augurk). [N 82 (1981)]
I-7
|