29093 |
pompen, vermaken |
veranderen:
vǝraŋǝrǝ (Q113p Heerlen),
vǝrɛndǝrǝ (Q113p Heerlen)
|
Vermaken van kleding. Aangeven van aan te brengen veranderingen in verband met niet goed passen (Meima I, pag. 6). [N 59, 190a; N 62, 21b; MW]
II-7
|
27249 |
pompmachinist |
pompenmachinist:
pompenmachinist (Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Laura, Julia]),
pompmachinist:
pompmašǝnes (Q113p Heerlen
[(Emma)]
[Domaniale])
|
De arbeider die de pompen bedient. [N 95, 136; monogr.]
II-5
|
18504 |
pompon van een muts |
floche (fr.):
floeës (Q113p Heerlen),
Zie ook pluum.
floes (Q113p Heerlen)
|
[4.] pluim || pluim van een muts [floes] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
31431 |
ponsmachine |
ponsmachine:
ponsmašiŋ (Q113p Heerlen)
|
Door handkracht of door een elektromotor aangedreven machine om gaatjes te maken in plaatmateriaal. Bij het ponsen wordt een hardstalen ponsnippel met grote kracht door het te bewerken materiaal gedrukt waarbij een, meestal rond, plaatje wordt uitgesneden. Het plaatmateriaal rust daarbij op een metalen onderlaag, het ponsbed, waarin één of meer uithollingen zijn aangebracht die in doorsnee overeenkomen met die van de ponsnippel. Zie ook afb. 133. Het woordtype knipmachine (L 159a) is in dit lemma opgenomen omdat er ook gecombineerde pons- en knipmachines bestaan waarmee beide werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd. [N 33, 345]
II-11
|
21170 |
ponton |
pontonbrug:
póntònbrök (Q113p Heerlen)
|
een drijvende brug (ponton) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
20458 |
pooier |
pooier:
poojər (Q113p Heerlen)
|
iemand die leeft van de verdiensten van een prostituée, voor wie hij als beschermer optreedt [pooier] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
19474 |
pook |
ragelijzer:
Verklw. roacheliezerke
roacheliezer (Q113p Heerlen),
Verklw. röcheliezerke
röcheliezer (Q113p Heerlen),
stokelijzer:
Verklw. sjuëkeliezerke
sjuëkeliezer (Q113p Heerlen),
stovenijzer:
štūvənīzər (Q113p Heerlen),
Verklw. sjtoeveniezerke
sjtoeveniezer (Q113p Heerlen)
|
pook [SGV (1914)]
III-2-1
|
19957 |
poort |
poort:
pōt (Q113p Heerlen),
pōǝt (Q113p Heerlen),
pǭt (Q113p Heerlen),
pǭǝt (Q113p Heerlen)
|
Opgenomen zijn de benamingen die de poort in het algemeen. Zie ook de lemmata "stalpoort, staldeur" (2.1.3) en "schuurpoort" (3.1.2). Zie de afbeeldingen 22, (a) ronde poort; 23, (b) rechthoekige poort; en 24, (c) details van de poort. In de toegevoegde klankkaart zijn de lengte van klinker en de gevallen van pseudo-klankverschuiving van de slot-t aangegeven. Zie afbeelding 18. [N 7, 48a; JG 1a, 1b; A 10, 7a en 7b; L A2, 286; L 5, 56; L 12, 5; R (s]
I-6
|
24904 |
poosje, tijd |
kortswijle:
kotswiel (Q113p Heerlen)
|
poosje, tijd
III-4-4
|
34019 |
poot omhoog |
hoes-op:
hūs ǫp (Q113p Heerlen)
|
Voermansroep om de hoef of voet op te lichten. [N 8, 95k]
I-10
|