e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q112a plaats=Heerlerheide

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rechterkant van het paard vallemekant: valǝmǝkant (Heerlerheide  [(valleme is de gereduceerde vorm van valleman)]  ), vannemezij: vanǝmǝzii̯ (Heerlerheide) Tegenovergestelde kant van de plaats waar de voerman gaat. [N 8, 9 en 10] I-9
rechtervoorkwartier rechts kwartier voor: rɛxts kwartēr vȳr (Heerlerheide) Het kwartier van de uier rechts voor. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116c] I-11
rechtstaande oren flaporen: flapoere (Heerlerheide), varkensoren: verkəsôêre (Heerlerheide) oor: rechtstaande oren [fikoorkes] [N 10 (1961)] III-1-1
regenjas regenjas: regejas (Heerlerheide), regenjas (Heerlerheide), regenmantel: damesregemantel (Heerlerheide) damesregenmantel [N 23 (1964)] || regenjas [rusjer, ploensent] [N 23 (1964)] III-1-3
regenpijpen regenpijpen: reegepiepe (Heerlerheide) regenbroek die uit twee delen bestaat [piepe, reegenpiepe] [N 23 (1964)] III-1-3
regenworm regenworm: reegeworm (Heerlerheide), worm: worm (Heerlerheide) regenworm, aardwom, bekende paarskleurige worm die bij spitten en ploeten of bij regen voor de dag komt [pier, pieroas, piering, pierewörm, dauwworm] [N 26 (1964)] || worm in het algemeen [pier, piering, pierik] [N 26 (1964)] III-4-2
reiken naar reiken naar: nao get reike (Heerlerheide), rèèke (Heerlerheide) reiken, met de handen naar iets reiken [iest beraome] [N 10 (1961)] III-1-2
remhelling bremsberg: bręmsbɛrx (Heerlerheide  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Laura, Julia]), prem: pręm (Heerlerheide  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]) Een in de helling-richting gedreven verbinding van de grondgalerij naar een hogere verdieping, of als dit te ver werd naar een deelgalerij. De remhelling was enkel- of dubbelsporig en aan de kop voorzien van een horizontaal geplaatste kabelschijf met rem of van een verticaal geplaatste dubbele trommel met onderscheidene diameters. Al naar gelang de uitvoering kon een mijnwagen aan elk van de twee uiteinden van de over deze schijf of trommel lopende kabel gekoppeld worden of op één of meer aan de kabel bevestigde onderstellen worden geplaatst. Dit systeem van vervoer werd rond 1930 vervangen door schudgoten en transportbanden. [N 95, 684; monogr.; N 95, 517] II-5
remschijf jojo: jojo (Heerlerheide  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), kettenschijf: kętǝšīf (Heerlerheide  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Emma]) De schotelvormige schijf van de remschijftransporteur die zorgt voor het afremmen van de kolen of stenen. [N 95, 662] II-5
remschijfketting transportketten: transpǫrtkętǝ (Heerlerheide  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]) De transportketting van een remschijftransporteur. [N 95, 663] II-5