33250 |
loof van de bieten afplukken |
bladeren:
blārǝ (Q112a Heerlerheide)
|
Als de bieten uit de grond getrokken zijn, worden ze op rijen gelegd en worden de bladeren van de knollen afgesneden of afgeplukt. Bij mechanisch rooien gebeurt het wel dat het loof wordt afgesneden als de bieten nog in de grond staan. [N 12, 48; monogr.]
I-5
|
21686 |
loon |
loon:
loon (Q112a Heerlerheide),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
loēn (Q112a Heerlerheide),
maandloon:
mōntluǝn (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Emma, Hendrik, Wilhelmina])
|
Het loon dat dagelijks, veertiendaags of maandelijks wordt uitbetaald. Zie ook het lemma Uitbetaling Van Loon. De woordtypen "achtzehntel" en "neunzehntel" betreffen het loon van een hulphouwer, respektievelijk 80% en 90% van het loon van een houwer. Zie ook het lemma Hulphouwer. [N 95, 976; monogr.; N 95, 144; Vwo 416; Vwo 437] || loon, wat men verdient [N 21 (1963)]
II-5, III-3-1
|
27570 |
loon uitbetalen |
de koningin komt:
dǝ koneŋen kømpt (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Eisden])
|
Het uitbetalen van loon op de grote loondag werd in menig mijnwerkersgezin gevierd met gebak of andere extraatjes (Dieteren 1984 pag.60-61). Voor menige andere mijnwerker was die dag een goede gelegenheid om het café op te zoeken. Om te voorkomen dat het hele maandinkomen naar de kastelein ging, stonden de vrouwen van de grote drinkebroers aan de poort van de mijn hun mannen op te wachten. Daardoor kreeg het gezin ook zijn deel (Dieteren 1984 pag.60). [N 95 , 973]
II-5
|
27697 |
loonkantoor, loonhal |
kas:
kas (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Winterslag, Waterschei]),
loonbureau:
lūǝnbȳrō (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]),
loonhal:
lūǝnhal (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Plaats waar het loon uitbetaald wordt. [N 95, 28; N 95, 977]
II-5
|
27574 |
loonzakje |
tuitje:
tȳtjǝ (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Eisden])
|
Volgens de informant van Q 15 was het loonzakje al vroeg in onbruik. De arbeider kreeg daarna van zijn opzichter een loonstrookje en tegen inlevering hiervan werd zijn loon uitbetaald. [N 95, 980]
II-5
|
20132 |
loops |
loops:
luupschj (Q112a Heerlerheide),
lø̄pš (Q112a Heerlerheide, ...
Q112a Heerlerheide)
|
konijn, geslachtsdrift vertonend [N 19 (1963)] || loops, geslachtsdriftig ve teef [N 19 (1963)], [N C (1962)]
III-2-1
|
17817 |
lopen |
lopen:
loape (Q112a Heerlerheide),
loupe (Q112a Heerlerheide),
lòòpe (Q112a Heerlerheide)
|
lopen, gaan; inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 10 (1961)]
III-1-2
|
34008 |
losgetuigd leiden |
los leiden:
lǫs lęi̯ǝ (Q112a Heerlerheide),
teugelen:
tø̄gǝlǝ (Q112a Heerlerheide)
|
Een paard zonder zadel en niet tussen berries leiden met de teugel. [N 8, 101c]
I-10
|
18697 |
losse linnen halsboord |
kraag:
kraag (Q112a Heerlerheide)
|
halsboord, losse linnen ~ [beurdje, hemdsband] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18699 |
losse manchet |
manchet:
manschjet (Q112a Heerlerheide)
|
manchet, los [hemdsband, toet] [N 23 (1964)]
III-1-3
|