e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P197p plaats=Heers

Overzicht

Gevonden: 2718
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doek -> [wld iii 2.2] witte doek: enne witten doek (Heers) een witte doek [ZND 23 (1937)] III-1-3
doffer, mannelijke duif duifhaan/-hoorn: devooin (Heers), duifhoren: devooin (Heers), vogel: voeön (Heers, ... ) doffer: een mannelijke duif [GV K (1935)] || duif, mannetje [ZND 18 (1935)] III-4-1
dom dom: dom (Heers) Een dom, domkerk. [N 96A (1989)] III-3-3
dominicaan preekheer: preikhejer (Heers) Een Dominicaan [Dómmenekaan, preekheer, preekhier]. [N 96D (1989)] III-3-3
dompelen in het water steken: en het wetter stiëkke (Heers, ... ), in het wetter stiëkke (Heers) (in het water) dompelen [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)] || ge moet het doekje in t water dompelen [ZND 23 (1937)] III-1-2, III-4-4
donderen donderen: dondere (Heers, ... ) donderen [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)] III-4-4
donderwolk donderwolk: donderwolk (Heers), onweer: onwiejər (Heers) donderwolk [ZND 33 (1940)] III-4-4
donderx donder: donder (Heers, ... ) donder [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)] III-4-4
donker, duisterx duister: doeuster (Heers) (`t is hier) donker [ZND 23 (1937)] III-4-4
dons, nestveren duivelshaar: duvəlshuərə (Heers), gehaard: is dit een vorm van "gehaard", met haren?  gehioot (Heers), haartje: heurkes (Heers) dons [ZND 35 (1941)] III-4-1