23777 |
kerstbeelden |
kerstbeelden:
de kjosbeelden (P197p Heers)
|
De beeldengroep van de kerststal, de kerstbeelden. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23776 |
kerstboom |
kerstboom:
ene kjosbaom (P197p Heers)
|
Een kerstboom [krisboom]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23779 |
kerstkribbe |
kerstkribbe:
en kjoskribbe (P197p Heers)
|
Een kerstkribbe [et kribche]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23242 |
kerstmis |
kerstmis:
kjosmĕs (P197p Heers)
|
Kerstmis [Krismes, Kriësmes, Keersemes, Korsmes]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23770 |
kerstnacht |
kerstnacht:
kjaosnāg (P197p Heers)
|
De nacht van 24 op 25 december waarin Christus geboorte herdacht wordt, kerstnacht [krisnach]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23775 |
kerststal |
kerststal:
ene kjosstal (P197p Heers)
|
Een kerststal. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
32783 |
kettingeg, weide-eg |
kettel[eg]:
kętǝl[eg] (P197p Heers)
|
De kettingeg bestaat uit een vier-, soms driehoekig raam of slechts uit een losse voor- en achterbalk, waartussen kettingen gespannen zijn. Aan deze kettingen zijn korte en lichte tanden bevestigd. Zie afb. 13 en 14. Met de kettingeg wordt voornamelijk licht werk verricht. Het bekendst is het gebruik als weide-eg. Men bewerkt de weide met de kettingeg om de grasmat luchtiger te maken, om mest te verspreiden en molshopen te slechten. Men kan de kettingeg ook gebruiken om gerooide en in panden gelegde suikerbieten van de aanklevende aarde te ontdoen. Soms wordt met de kettingeg ook akkerland bewerkt. Van enige termen aan het einde van het lemma vindt men de plaatselijke varianten in het lemma ´akkersleep, weidesleep´ vermeld. Voor ''eg'' en ''eg'' zie men de toelichting bij het lemma ''eg''. [JG 1a + 1b + 2c; A 13, 16b; A 40, 10; N 11, 72e + 71 add.; N 11A, 163a + 181f; N 14, 81 add.; N J, 10; N P, 18b; monogr.]
I-2
|
19496 |
keukenrek |
keukenplank:
keukenplank (P197p Heers),
reebank:
rii̯baŋk (P197p Heers),
rek:
rɛk (P197p Heers)
|
de plank waarop het keukengerief wordt gezet [ZND 32 (1939)] || een rek (plank waarop potten en pannen staan) [ZND B1 (1940sq)]
III-2-1
|
18894 |
keus |
keus:
kuis (P197p Heers)
|
een keus [ZND A2 (1940sq)]
III-1-4
|
21461 |
kibbelen |
disputeren (<fr.):
sə zən wir ant dəspətiərə (P197p Heers),
enselen:
ze zen wir ant hensele (P197p Heers)
|
Ze zijn weer aan het kibbelen, twisten. [ZND 36 (1941)]
III-3-1
|