e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Helchteren

Overzicht

Gevonden: 2274
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
eierkoek eierkoek: êrkok (Helchteren) eierkoek [ZND 34 (1940)] III-2-3
eigenwijs eigenwijs: égəwés (Helchteren) eigenwijs; .... jullie maar niet zo eigenwijs geweest! [DC 45 (1970)] III-1-4
eik eik: ɛk (Helchteren), eikenboom: êkeboem (Helchteren), -  eikeboem (Helchteren) eik [RND], [ZND 20 (1936)] || eikenboom [ZND 34 (1940)] III-4-3
eikel eikel: ikəls (Helchteren), êkkel (Helchteren), -  iekelen (Helchteren) eikel [ZND 34 (1940)] || eikels [RND] || eikels zoeken [ZND 20 (1936)] III-4-3
ekster ekster: āēkster (Helchteren) ekster [Willems (1885)] III-4-1
eksteroog eksteroog: ieksteroeg (Helchteren) eksteroog (op de tenen, fr. cor) [ZND 19 (1936)] III-1-2
elastiek elastiek: lastik (Helchteren) Band- of koordvormig stuk gummi. Elastiek komt voor als enkele draad of als gevlochten of geweven band, in verschillende breedten, en het kent vele toepassingen. [N 59, 42; N 62, 61; L 34, 86; MW; monogr.] II-7
elders, ergens anders ergens anders: erges aaners (Helchteren), erges ammers (Helchteren) Overvloed. Hier vindt ge die planten niet, maar elders (ergens anders, ievers, ...) groeien ze in overvloed. [ZND 44 (1946)] III-4-4
elektriciteit elektriek: ellentriek (Helchteren) electriciteit [ZND 34 (1940)] III-2-1
elektrische tram elektriekse tram: ellectrieksen tram (Helchteren) Een electrische tram. [ZND 34 (1940)] III-3-1