e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Helchteren

Overzicht

Gevonden: 2274
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
geheel afgeschoren wolvacht roof: rōf (Helchteren), roof wol: rōf wol (Helchteren) De gehele vacht wol van het schaap, wanneer dit geschoren wordt. [N 38, 19; L 41, 37; monogr.] I-12
gehemelte gehemelte: gehemelte (Helchteren) het gehemelte van de mond [ZND 35 (1941)] III-1-1
geit geit: gē̜.t (Helchteren), gęi̯t (Helchteren), geitetje: gęi̯tǝkǝ (Helchteren) Geit in het algemeen. Ten aanzien van germ merken enkele informanten (L 292 (Heythuysen), Q 99 (Meerssen), 111* (Ransdaal)) op dat hiermee een vrouwelijke geit wordt bedoeld. Zie afbeelding 7. [N 77, 74; L 14, 32; A 9, 20; JG 1a, 1b; Wi 7; NE I, 16; AGV, m3; Gwn 5, 13; Vld.; monogr.; S, Q 105 add.; S 10, add.] I-12
geitenmelksepap geitenpap: gēͅtəpap (Helchteren) Pap van geitemelk (mienekespap?) [N 16 (1962)] III-2-3
geitestal geitestal: gē̜ ̞tǝ[stal] (Helchteren) De ruimte in de stal waar de geiten zich bevinden. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel (stal) het lemma "stal" (2.1.2). [L 38, 29; A 10, 9g; monogr.] I-6
geknotte wilg sonk: sink (Helchteren, ... ) knotwilg [ZND 36 (1941)] || knotwilg (de boom, vooral een wilg, waarvan de takken afgehakt werden en waarop dan dunne twijgen uitschieten. Ze staan vooral langs sloten) [ZND 36 (1941)] III-4-3
gekruld haar krulhaar: krolhaar (Helchteren) hij heeft gekruld haar [ZND 35 (1941)] III-1-1
geld geld: ge moet geld hemmen veur te kunnen betalen (Helchteren), geld (Helchteren, ... ), geͅəlt (Helchteren), hey is vader zeyne jas en moeder heur geld, vader z`n kow en vader zijnen hond (Helchteren), hije is vaoder zenne jas en moeder heur geld, vaoder zen kauw en vaoder zennen hond (Helchteren), moeder beij eij moet ich geld haolen (Helchteren), moeder, bei wijen moet ik geld ha͂len (Helchteren), xɛlt (Helchteren) geld [RND], [ZND 44 (1946)], [ZND A1 (1940sq)] || Hier is vader zn jas en moeder haar geld; vader zn doe en vader zn hond [ZND 44 (1946)] || Hoe zegt ge in uw dialect: "ge moet geld hebben om kunnen te betalen"of "ge moet geld hebben om te kunnen betalen"? De gehele uitdrukking weergeven. [ZND 36 (1941)] || Moeder, bij wie moet ik geld halen ? [ZND 44 (1946)] III-3-1
gele lupine lupinen: ly`pinǝ (Helchteren) Lupinus luteus L. Een 30 tot 60 cm hoge plant met een uit gele, lipvormige bloempjes bestaande bloempluim, die bloeit van juni tot september, boonvormige vruchtjes draagt en vooral op zandgronden als bemestingsgewas wordt geteeld. [N Q, 4a; N 11A, 29a en 29b; JG 1a, 1b; A 55, 3b; NE 1, 18; R 3, 30; monogr.] I-5
gelijken (op) gelijken: geleiken (Helchteren), gelijke (Helchteren), gelijken (Helchteren) gelijken [ZND 25 (1941)] III-4-4