e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L330p plaats=Herten

Overzicht

Gevonden: 3377
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bruidszwerm bruid(s)zwerm: bru.tžwɛrm (Herten) Een volk dat meezwermt bij de bruidsvlucht van een jonge koningin. [N 63, 37a; N 63, 37b; N 63, 29d; N 63, 29c] II-6
brulkoe kwee: kwēi̯ (Herten) Een koe die aan de brulziekte lijdt. [N 3A, 101, A 48A, 45b, 45c; L 19B, 4a] I-11
brullen brullen: brølǝ (Herten) Abnormaal geluid dat vooral wild geworden runderen uitstoten. [N 3A, 6; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
brulziekte de brul hebben: (de koe heeft) dǝ brøl (Herten) Een afwijking aan de eierstokken van koeien. De dieren vertonen voortdurend verschijnselen van tochtigheid, tegelijkertijd zijn ze onvruchtbaar. De koeien maken een eigenaardig brullend geluid, ze hebben slappe banden en ze groeien slecht. Zie ook het lemma ''brulziekte'' in wbd I.3, blz. 464-465. [N 3A, 101; A 48A, 45a; JG 1a, 1b; L 19B, 4a; monogr.; add. uit N C] I-11
buik buik: būk (Herten), pens: pens (Herten) Zie afbeelding 2.33. [JG 1a, 1b; N 8, 14 en 41] I-9
buikkrampen koliek: kǝlīk (Herten) Met krampen gepaard gaande darmstoornis die hevige pijn veroorzaakt bij dieren, in het bijzonder bij paarden. [A 48A, 5; N 8, 9Oo; monogr.] I-9
buiksuçon buiksuçon: būksǝsoŋ (Herten) Gebogen taillenaad voor veel buikwelving. [N 59, 94d] II-7
buikvoorsprong buikwijdte: būkwitǝ (Herten) Maat genomen van de voorpartij van de taillewijdte. De taillewijdte bestaat uit twee ongelijke helften, de achterhelft noemt men de lendenbreedte en de voorpartij de buikvoorsprong (Papenhuyzen II, pag. 11). Zie afb. 28. [N 59, 45b; N 59, 44c] II-7
buitendeurtje van het varkenshok varkensstaldeur: vɛrkǝsštaldø̄r (Herten) Het deurtje waardoor het varken de stal in en uit kan lopen. [N 5A, 60f] I-6
buitenroede buitenroede: bū.tǝrōj (Herten) De roede die zich het verst van de molenromp af bevindt. [N O, 1c; N O, 6c; A 42A, 63 add.] II-3