e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L292p plaats=Heythuysen

Overzicht

Gevonden: 3558
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
getuige zijn getuige zijn: getūūge zeen (Heythuysen) getuige zijn bij een huwelijk [getuigen zijn, bronken] [N 87 (1981)] III-2-2
gevoelig (zijn) gevoelig: gevoelig (Heythuysen) Gevoelig: vatbaar voor, reagerend op gewaarwordingen bijv. pijn (gevoelig). [N 84 (1981)] III-1-1
gevoelloos (zijn) dood: dood (Heythuysen) Gevoelloos: geen gevoel hebben, geen pijn voelen (dood, gevoelloos). [N 84 (1981)] III-1-1
gewas vruchten: vrøxtǝ (Heythuysen) Collectief voor hetgeen verbouwd of geteeld wordt op het veld. [L 1, a-m; S 20; monogr.] I-4
gewelf gewelf: gǝwø̜lǝf (Heythuysen) Gebogen vlak, samengesteld uit bakstenen, dat de overdekking vormt van een ruimte die wordt omsloten door muren of pijlers. Zie ook de lemmata 'Troggewelf' en 'Tongewelf'. [S 10; L 1 a-m; L 24, 12; N 79, 18; monogr.] II-9
gewicht verliezen inbakken: enbakǝ (Heythuysen) Het verliezen van gewicht bij het bakken van het brood. Volgens de informant van L 270 houdt dit verlies aan gewicht ¬± 10% in. [N 29, 48] II-1
gewichtssteen lood: luǝt (Heythuysen), steen: štęjn (Heythuysen) Gevraagd werd speciaal naar de stenen die men vroeger in plaats van gewichten gebruikte. [B 29, 33b; N 29, 105e; monogr.] II-1
gewillig gewillig: gewillig (Heythuysen) graag bereid om iets te doen [gewillig, gemoeiig, geer] [N 85 (1981)] III-1-4
gewone spurrie spurrie: spø̜rx (Heythuysen) Spergula arvensis L. Een 15 tot 40 cm hoge plant met rechtopstaande stengels en smalle, priemvormige bladeren in kransen en kleine witte bloempjes. Spurrie bloeit van juni tot september en wordt vooral op zandgronden als veevoeder gekweekt. [N Q, 2; JG 1a, 1b; L A1, 245; R 3, 28; monogr.] I-5
gezelschap compagnie (fr.): kompenie (Heythuysen) de persoon of personen waarmee men samen is [komplot, kompagnie] [N 87 (1981)] III-3-1