25280 |
kwartier, maat van 25 liter |
kannetje:
kenke (Q039p Hoensbroek)
|
de maat die een inhoud aangeeft van ± 25 liter [kwartier, viertel, vierendeel, kannetje] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
21419 |
kwartje |
krentje:
krentje (Q039p Hoensbroek),
kwartje:
ee kwartje (Q039p Hoensbroek),
kwartje (Q039p Hoensbroek, ...
Q039p Hoensbroek),
wullemke (Q039p Hoensbroek),
Opm. als koning Willem erop stond.
wullemke (Q039p Hoensbroek)
|
kwartje, een ~ [N 21 (1963)] || kwartje: Hier heb je een kwartje voor een ijsje [DC 41 (1966)]
III-3-1
|
18244 |
kwastje aan een halsketting |
kwastje:
golde kweske (Q039p Hoensbroek)
|
gouden kwastjes aan een halsketting [trosjes] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
21344 |
kwellen |
kwellen:
kwellen (Q039p Hoensbroek),
lijden:
lieje (Q039p Hoensbroek)
|
lichamelijk of geestelijk leed veroorzaken [plagen, kwellen] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
21788 |
kwelling/pesterij |
plaag:
plôg (Q039p Hoensbroek),
temptatie (<fr.):
temptatie (Q039p Hoensbroek)
|
het kwellen [plaag, temptatie] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
19105 |
kwezel |
kwezel:
kwieëzel (Q039p Hoensbroek)
|
Een bidziel, bidmens, kwezel, overdreven vrome persoon. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23736 |
kwezelachtig |
kwezelig:
kwieëzelig (Q039p Hoensbroek)
|
Kwezelachtig. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21833 |
kwinkslag |
dreun:
einen dreun (Q039p Hoensbroek)
|
een grappig, koddig gezegde [slag, dreun] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
19980 |
kwispelstaarten |
kwispelen:
kwispele (Q039p Hoensbroek)
|
Hoe noemt u de staart heen en weer bewegen, als teken van vriendschap, gezegd van honden (kwispelen, kwipselen, kwipselstaarten, kwispelstaarten) [N 83 (1981)]
III-2-1
|
21668 |
kwitantie |
kwijting:
kwitung (Q039p Hoensbroek),
kwitantie:
kwietans (Q039p Hoensbroek),
schuldbriefje:
ee sjoodbreefke (Q039p Hoensbroek)
|
kwitantie, bewijs van schulddelging [N 21 (1963)]
III-3-1
|