e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoensbroek

Overzicht

Gevonden: 4563
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dunne zijden dameskous zijden hoos: sieë haose (Hoensbroek), sieë hoase (Hoensbroek), ziē-je hoāze (Hoensbroek), zwarte hoos: zjwarte haoze (Hoensbroek) dameskousen, dunne zijden ~ [N 24 (1964)] III-1-3
dunne zwarte rouwkous rouwhoos: rouhoase (Hoensbroek), rouwhoase (Hoensbroek), zwarte hoos: sjwatte hoāze (Hoensbroek) kousen, dunne zwarte ~ gedragen in de rouwtijd [N 24 (1964)] III-1-3
durven durf hebben: ik heb dörf (Hoensbroek) heel veel durf hebbend [frank, boud, stout] [N 85 (1981)] III-1-4
duur prijzig: priezig (Hoensbroek, ... ) veel kostend, hoog van prijs [duur, dier, duurkopig, duurzaam, durabel, prijzig] [N 89 (1982)] III-3-1
duwen duwen: düjə (Hoensbroek) duwen [RND] III-1-2
dwangbuis dwangbuis: dwangbuus (Hoensbroek) een op de rug sluitend jasje met lange mouwen om in razernij verkerende krankzin-nigen het gebruik van hun armen te ontnemen [dwangbuis, zotkapootje] [N 90 (1982)] III-3-1
dwarsbalk spoorbiels: spoorbiels (Hoensbroek) de houten, stalen of gewapend betonnen dwarsbalk waarop de rails bevestigd zijn [biels, biel] [N 90 (1982)] III-3-1
dwarsbalk van de hooihark balk: balǝk (Hoensbroek) De balk van de hooihark waarin de tanden zijn bevestigd; zie afbeelding 11, b. De instabiliteit van de heteroniemen wijst erop dat het begrip amper tot de eigenlijke landbouwterminologie is doorgedrongen. [N 18, 92b] I-3
dwarsdrijver dwarsboom: dwarsboum (Hoensbroek) iemand die zonder goede reden altijd tegen spreekt; die altijd anders wil dan de meerderheid [dwarserik] [N 85 (1981)] III-1-4
dwarsstuk van de t-vormige hoeve kruk: krøk (Hoensbroek) Bedoeld is het bouwdeel waarin zich het woongedeelte bevindt; dit kan eventueel ook het woongedeelte van de L-vormige bouw zijn. Zie de toelichting bij het lemma "L-vormige hoeve" (1.2.2). Vergelijk ook kaart 4 en afbeelding 4. [N 4A, 2d] I-6