e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoepertingen

Overzicht

Gevonden: 3596
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zolder zolder: zoͅldər (Hoepertingen) zolder [ZND A1 (1940sq)] III-2-1
zolder boven de dorsvloer bolder: biǫldǝr (Hoepertingen), bi̯ǫldǝr (Hoepertingen) De zolderruimte boven de dorsvloer, bestemd voor het bergen van graan als er in de tasruimte naast de dorsvloer geen plaats meer was, ook voor stro en hooi (echter niet algemeen). Zie voor het type overschelf(t) Goossens 1959, m.n. 56, 57 en 59. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel (den) het lemma "dorsvloer" (3.2.1) en voor (schelf(t)) het lemma "koestalzolder" (3.4.1). Zie ook afbeelding 14.b bij het lemma "dorsvloer" (3.2.1). [N 5A, 68a; N 5, 84; JG 1a, 1b, 2a en 2c; A 16, 5b; L 47, 8b; L 48, 11; Lu 2, 11; S 50; monogr.; add. uit: N 4A, 12g en 13d; A 7, 32] I-6
zolderkamer zolderkamer: zoͅldərkōmər (Hoepertingen) zolderkamer [N 05A (1964)] III-2-1
zomen zomen: zø̄jmǝ (Hoepertingen), zǫjmǝ (Hoepertingen) Van zomen voorzien. Zie ook het lemma ɛzoomɛ.' [N 59, 65; N 62, 14b; L 8, 127; MW; S 46; monogr.] II-7
zomerkleren zomerkleren: zoumərkleər (Hoepertingen) zomerkleren [N 23 (1964)] III-1-3
zomerverblijf schaap(s)stal: sxǫpsstal (Hoepertingen) [N 78, 25; monogr.] I-12
zondagmissaal missaal: missaal (Hoepertingen) Een kerkboek met misgebeden voor de zondagen en feesten van het kerkelijk jaar [zondagsmissaal(tje)?]. [N 96B (1989)] III-3-3
zondagse kleren `s zondagse kleren: sondoͅxsə kleər (Hoepertingen) zondagse kleren [t sondagsdinge] [N 23 (1964)] III-1-3
zoom zoom: zø̜jm (Hoepertingen), zǭm (Hoepertingen) De omgeslagen en vastgenaaide rand aan een stuk weefsel of een kledingstuk. Volgens Het Beste Naaiboek (pag. 290) zijn er drie soorten zomen: de omgeslagen zoom, de valse zoom en de apart aangezette zoom. Zie afb. 38. [N 62, 14a; L 8, 126; Gi 1.IV, 15; MW; S 46; monogr.] II-7
zoon zoon: zôôn (Hoepertingen) zoon [ZND 11 (1925)] III-2-2