e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoepertingen

Overzicht

Gevonden: 3596
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gevoelig (zijn) gevoelig: gəvyjlich (Hoepertingen) gevoelig [ZND 01 (1922)] III-1-1
gewas gewas: gǝwas (Hoepertingen) Collectief voor hetgeen verbouwd of geteeld wordt op het veld. [L 1, a-m; S 20; monogr.] I-4
gewelf gewelf: gewelf (Hoepertingen, ... ), plafond: plafōŋ (Hoepertingen) Gebogen vlak, samengesteld uit bakstenen, dat de overdekking vormt van een ruimte die wordt omsloten door muren of pijlers. Zie ook de lemmata 'Troggewelf' en 'Tongewelf'. [S 10; L 1 a-m; L 24, 12; N 79, 18; monogr.] || Het gewelf [zwerk, verwulf, verwölf?]. [N 96A (1989)] II-9, III-3-3
gewichten gewichtstenen: gǝwīxstɛjn (Hoepertingen) De gewichten van de bascule moesten jaarlijks geijkt worden door een overheidsfunctionaris. Zie ook het lemma ɛijkenɛ. Elke molenaar had gewichten van 20, 10, 5, 2, 1 en 0,5 kg.' [Coe 261; Grof 286] II-3
gewone spurrie spurrie: spø̜r (Hoepertingen), spø̜rǝ (Hoepertingen) Spergula arvensis L. Een 15 tot 40 cm hoge plant met rechtopstaande stengels en smalle, priemvormige bladeren in kransen en kleine witte bloempjes. Spurrie bloeit van juni tot september en wordt vooral op zandgronden als veevoeder gekweekt. [N Q, 2; JG 1a, 1b; L A1, 245; R 3, 28; monogr.] I-5
gewricht knook: knyjək (Hoepertingen) gewricht [ZND 01 (1922)] III-1-1
gezicht (spotnamen) bakkes: bakəs (Hoepertingen), muil: mowl (Hoepertingen), smoel: smu.l (Hoepertingen), smul (Hoepertingen), snuit: lang sno.ət (Hoepertingen) bakkes [ZND 01 (1922)] || muil (M.) [ZND 01 (1922)] || Snuit. Een lange snuit. [ZND 07 (1924)] || viel hij maar eens op zijn gezicht [ZND 08 (1925)] III-1-1
gezin huishouden: huishouden (Hoepertingen) man, vrouw en kinderen bij elkaar, het gezin [volk, huishouden, kot] [N 115 (2003)] III-2-2
gezond gezond zijn: gezond (Hoepertingen) Gezond (zijn): niet ziek (gezond, goed, uver, gaaf, krek). [N 107 (2001)] III-1-2
gezongen mis zangmis: zankmès (Hoepertingen) Een mis met liturgische gezangen. [N 96B (1989)] III-3-3