e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoeselt

Overzicht

Gevonden: 5126
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bekendmaken uitbellen: awtbelle (Hoeselt) officiëel bekend maken [uitbellen, uitklinken, afkleppen] [N 87 (1981)] III-3-1
bekennen bekennen: bekénne (Hoeselt) uitkomen voor een schuld [kennen, bekennen] [N 85 (1981)] III-1-4
bekeuren proces maken: e persês moake (Hoeselt) iemand een boete opleggen [kalangeren, kallizeren, noemren, opboeten, schutten, opkalken, beboeten] [N 90 (1982)] III-3-1
bekisting coffrage: kofrāšǝ (Hoeselt) De van planken en platen vervaardigde houten mal waarin beton gestort wordt. Zie ook het lemma 'Bekister'. [N 30, 51a; monogr.] II-9
bekkens cimbalen: simballë (Hoeselt), deksels: deͅksəls (Hoeselt) het muziekinstrument dat bestaat uit twee koperen schijven met leren handvaten, die tegen elkaar geslagen worden [bekkens, schellen] [N 112 (2006)] || Het muziekinstrument dat bestaat uit twee koperen schijven met leren handvaten, die tegen elkaar geslagen worden [bekkens, schellen]. [N 90 (1982)] III-3-2
bekostigen? <omschr.> de witte niet aanspannen: ps. omgespeld volgens Frings.  də witə span ix nī eͅn (Hoeselt), bekostigen: ps. omgespeld volgens Frings.  bekøͅstəgə (Hoeselt), bəkøstəgə (Hoeselt), niet trekken: ps. omgespeld volgens Frings.  dat kan də grēͅi̯ze nī treͅkə (Hoeselt) Betekenis en uitspraak van: het werkwoord bekostigen = betalen, b.v. "dat kan ik niet bekostigen? [bekostigen, beköstigen?] [N 21 (1963)] III-3-1
bekvechten ruzie maken: rūze moake (Hoeselt) ruzie maken door woorden [afstrijden, rikrooien, kerwee hebben, strijden, muilvech-ten, smoelvechten, opstrijden] [N 85 (1981)] III-3-1
bel bel: bɛl (Hoeselt, ... ), bɛ̄l (Hoeselt) De bel die de molenaar waarschuwt wanneer het kaar bijna leeg is. Deze bel klingelt telkens als de speelman tegen een blokje slaat, dat door een koord met de bel verbonden is. Onder het malen is dit blokje omhoog gespannen, zodat de speelman het niet kan raken. Het blokje is verbonden met een plankje dat in het kaar ligt en door het gewicht van het graan onder gehouden wordt. Als het graan vermindert, komt het plankje omhoog waardoor het blokje niet meer omhoog gespannen blijft maar neerkomt, zodat de speelman ertegen slaat (Groffils, pag 145 en 146). Op sommige plaatsen, zoals bij de oude molens in Q 88, Q 95 en Q 188, had men geen bel en moest de molenaar steeds goed op de graanhoeveelheid in het kaar letten (Coenen, pag. 123). [N O, 21b; Vds 155; Jan 161; Coe 145; Grof 170] || De grote bel die om de hals van het molenpaard was bevestigd. Door het geluid van de bel werden de boeren geattendeerd op de komst van de voerman. [Grof 267] II-3
belangrijk, van belang belangrijk: belangrĕk (Hoeselt) van grote betekenis [van belang, van pretansie] [N 91 (1982)] III-4-4
belasting contributie: kontrebūsse (Hoeselt) de verplichting tot het betalen van een geldelijke bijdrage in de lasten van de overheid [tijns, cijns, belasting, taks] [N 90 (1982)] III-3-1