18060 |
beroerte |
beslag:
beslōāch (Q077p Hoeselt, ...
Q077p Hoeselt,
Q077p Hoeselt),
bëslôog (Q077p Hoeselt)
|
Beroerte: verlamming veroorzaakt door uitstorting van bloed in de hersenen (beroerte, beslag, aantok, slag). [N 84 (1981)] || Beroerte: verlamming veroorzaakt door uitstorting van bloed in de hersenen (beroerte, beslag, slag). [N 107 (2001)] || Een plotselinge stoornis in de bloedsomloop, in de hersenen waarbij spraakstoornissen en verlammingsverschijnselen kunnen optreden? [DC 60 (1985)]
III-1-2
|
26051 |
berrie |
ber(r)e:
bęrǝ (Q077p Hoeselt),
ber(r)en:
bęrǝn (Q077p Hoeselt)
|
Elk van de twee bomen van de hoog- en stortkar waartussen het paard gespannen werd. De berries van de hoogkar verschillen essentieel van die van de stortkar: bij de eerste lopen de berries onder de hele bak door en maken ze er deel van uit (de zijwanden worden erop vastgezet), terwijl bij de tweede de berries tot halverwege de bak lopen en een aparte constructie vormen waarop de bak rust. Hierdoor kan de bak van de stortkar kippen, terwijl de berries op hun plaats blijven. Wanneer de bak van de hoogkar echter gekipt moet worden, gaat het hele voorstel van de kar omhoog. [N 17, 16 + 50b; N G, 54b + 64b; JG 1a; JG 1b; JG 1d; JG 2c; L 32, 63; L 34, 10; A 27, 20; Lu 5, 20]
I-13
|
20522 |
beschimmeld |
beschimmeld:
besjimmelt (Q077p Hoeselt),
versmotst:
vǝrsmojtst (Q077p Hoeselt)
|
Beschimmeld, gezegd van meel. [Vds 162; Grof 180] || beschimmeld; Hoe noemt U: Met schimmel bedekt, gezegd van een brood [N 80 (1980)]
II-3, III-2-3
|
20540 |
beschimmelen |
schimmelen:
sjimmĕle (Q077p Hoeselt)
|
Hoe noemt U: Werken van het brood, zodat het schimmelt (spinnen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
20790 |
beschuit |
beschuit:
mësjuut (Q077p Hoeselt),
1a-m
məšy(3)̄t (Q077p Hoeselt)
|
beschuit [ZND 21 (1936)]
III-2-3
|
33166 |
besjes aan de aardappelplant |
bellen:
bɛlǝ (Q077p Hoeselt)
|
De besachtige groene vruchten die zich uit de bloemen van de aardappelplant ontwikkelen. Vroeger, voordat men pootaardappelen selecteerde uit de eigen oogst, werd uit deze vruchtjes van de plant pootzaad gewonnen. Het lemma bevat alleen meervouden. Bij goesbollen wordt door de zegslieden opgegeven dat ...kinderen deze bollen aan een lange twijg (steken) en dan de bollen zo ver mogelijk weggooien of zwiepen; goezen is "zwiepen". Warnant (1949, 175) vermeldt dit spel ook voor Waals Haspengouw. Het regelmatige voorvoegsel aardappel- of patatte- is hier weggelaten; zie het lemma Aardappel. Zie voor de fonetische documentatie van de varianten voor aardappel, ook datzelfde lemma Aardappel. [N 12, 7; L 32, 14; monogr.; add. uit JG 1b]
I-5
|
19285 |
beslissen |
uitmaken:
awtmoake (Q077p Hoeselt)
|
iets waarover verschil van gevoel is voorgoed tot een einde brengen [scheiden, beslissen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
22700 |
besteken: gelukwensen |
feliciteren:
Kom hij, ich moet oech nog fèllësëtièrre vùr oerë verjùrdôog.
fèllësëtièrrë (Q077p Hoeselt)
|
Feliciteren, gelukwensen.
III-3-2
|
23507 |
bestelde mis |
bestelde mis:
bestelde mès (Q077p Hoeselt),
bəstèlde mès (Q077p Hoeselt)
|
Een bestelde H. Mis. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21241 |
bestelwagen |
camionnette (fr.):
kammêjonnèt (Q077p Hoeselt)
|
bestelwagen
III-3-1
|