| 24075 |
bisdom |
bisdom:
bisdom (Q077p Hoeselt)
|
Een bisdom of diocees. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 24074 |
bisschop |
bisschop:
bissjop (Q077p Hoeselt)
|
Een bisschop [busschop, biskop, bissjep]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 33936 |
bit |
gebit:
gǝbī.t (Q077p Hoeselt),
stang:
staŋ (Q077p Hoeselt)
|
IJzeren mondstuk aan het hoofdstel dat men een paard in de mond, boven de onderkaak legt, en waaraan de teugels bevestigd zijn. De meeste bitten bestaan uit een rechte stang, sommige hebben een beugel in het midden om te voorkomen dat het paard zijn tong op de stang legt. Voor enkele plaatsen (L 270, Q 75, 94, 169, 174 en179) wordt gemeld dat de opgegeven term ook ter aanduiding van het wolfsgebit gebruikt wordt. [JG 1a, 1b, 2b; N 13, 19, 38b, 41; L 35, 45b; monogr.]
I-10
|
| 33938 |
bitringen |
gebitsringetjes:
gǝbī.tsreŋskǝs (Q077p Hoeselt)
|
De beide ringen aan het einde van de bitstang. [N 13, 44]
I-10
|
| 19352 |
bits |
bitsig:
bitsech (Q077p Hoeselt, ...
Q077p Hoeselt),
hé is nogal bitsig (Q077p Hoeselt, ...
Q077p Hoeselt),
kort:
kot (Q077p Hoeselt, ...
Q077p Hoeselt),
scherp:
hé is nogal scherp (Q077p Hoeselt, ...
Q077p Hoeselt)
|
Hoe zegt ge << hij is nogal bits, scherp, prikachtig>> in zijn manier van spreken. [ZND 40 (1942)] || vinnig, onvriendelijk in manier van spreken [bits, scherp, bars, mondig] [N 87 (1981)]
III-1-4, III-3-1
|
| 33937 |
bitstang |
gebit:
gǝbī.t (Q077p Hoeselt)
|
De ijzeren stang van het bit dat het paard in zijn mond heeft. De benaming voor dit onderdeel is vaak hetzelfde als die voor het bit in zijn geheel. [N 13, 42]
I-10
|
| 18635 |
bivakmuts |
berenmuts:
bērəmuts (Q077p Hoeselt)
|
bivakmuts, nauw om hoofd en hals sluitend wollen muts die alleen een deel van het gezicht onbedekt laat [N 25 (1964)]
III-1-3
|
| 18113 |
blaar |
blaar:
blwŏr (Q077p Hoeselt)
|
Blaar: blaasachtige opzetting van de huid (blaar, blein). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 23574 |
blaasbalg van het orgel |
blaasbalg:
blwosbalk (Q077p Hoeselt),
blwòsbalk (Q077p Hoeselt)
|
De blaasbalg van het orgel. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 18096 |
blaasontsteking |
blaasontsteking:
blwosonstêking (Q077p Hoeselt),
kou op de blaas:
kā op ed blwos (Q077p Hoeselt),
në ka oppë bluas (Q077p Hoeselt)
|
Blaasontsteking: ontsteking van de urineblaas (koupis, droppelpis). [N 84 (1981)] || Blaasontsteking: ontsteking van de urineblaas (koupis, droppelpis, krelkespis, kou op de blaas). [N 107 (2001)]
III-1-2
|