e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Horn

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
unster ponder: mèt eine punjer woage (Horn), punjer (Horn), afgeleid van póntj: pond  punjer (Horn) unster (balans) [SGV (1914)] || unster [met een ~wegen] [SGV (1914)] || Weeginstrument met hefboomwerking. [N 18 (1962)] III-3-1
urine pis: pis (Horn), zeik: zeik (Horn) urine [N 10c (1961)] III-1-1
urineren pissen: pisse (Horn), plassen: Netter.  plasse (Horn), zeiken: zeike (Horn) urineren [N 10c (1961)] III-1-1
vaalbonte koe vale: vāl (Horn) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 131b] I-11
vaars rindje: rentjǝ (Horn), vaars: vɛrs (Horn) Jonge koe van ongeveer twee jaar die nog geen kalf heeft gehad of voor de eerste maal kalft. [JG 1a, 1b; A 2, 38; A 4, 11; Gwn V, 6; L 8, 27; L 20, 11; R 3, 37; S 38 en 49; Wi 16; monogr.; add. uit N 3A, 20] I-11
vaatdoek schotelsplag: šoͅtəlsplak (Horn) vaatdoek [SGV (1914)] III-2-1
vademen door het oog van de/een naald(e) steken: dōr ǝt ǫwx van ęjn nǭlj štē̜kǝ (Horn), invamen: envęjmǝ (Horn) Een draad door het oog van een naald halen. In dit lemma zijn de objecten draad, garen, draad garen, vaam, vaam garen niet gedocumenteerd. [N 59, 68; N 62, 10; L 8, 29; L B1, 76; MW; monogr.] II-7
vader vader: vader (Horn) vader [SGV (1914)] III-2-2
vagevuur vagevuur: vagevuur (Horn) vagevuur [SGV (1914)] III-3-3
vagina, geslachtsorgaan van de merrie kling: kleŋ (Horn) Het uitwendig zichtbare geslachtsdeel. [JG 1a, 1b; N 8, 35, 39b en 40] I-9