20955 |
rot |
rot:
rot (L414p Houthalen)
|
Rot, gezegd van fruit (rotterig, rotsig, rot, meluw). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
33534 |
rot, van fruit |
rot:
rot (L414p Houthalen)
|
Rot, gezegd van fruit (rotterig, rotsig, rot, meluw). [N 82 (1981)]
I-7
|
20896 |
rotten |
befronselen:
berunsselen (L414p Houthalen)
|
Rotten en verschrompelen van appels (slijten, uitdrogen, verrompelen, rotte, verfronselen, verslijten, verrimpelen). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
33583 |
rotten, van fruit |
berunselen:
berunsselen (L414p Houthalen)
|
Rotten en verschrompelen van appels (slijten, uitdrogen, verrompelen, rotte, verfronselen, verslijten, verrimpelen). [N 82 (1981)]
I-7
|
24066 |
rouw dragen |
rouw dragen:
rōō draage (L414p Houthalen)
|
Rouw dragen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
20421 |
rouwbrief |
doodsbrief:
doedsbrief (L414p Houthalen)
|
De rouwbrief. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24065 |
rouwkrans |
kroon:
kroen (L414p Houthalen)
|
De krans die op de kist wordt gelegd [krants]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
28078 |
roven |
roven:
rōvǝ (L414p Houthalen)
|
Het nemen van honing door bijen bij andere volken. Bepaalde bijen zijn roofziek van aard en zij proberen honing te bemachtigen overal waar ze die kunnen aantreffen. De aangevallenen proberen de woning wel te verdedigen maar lang niet altijd lukt dat. Overwinnen de rovers, dan wordt heel de korf of kast leeggedragen. Roven kan leiden tot veldslagen tussen bijenvolken, waarbij niet veel bijen overleven. [N 63, 67a; N 63, 67b; Ge 37, 95]
II-6
|
21330 |
royaal |
royaal (<fr.):
mild, die graag geeft
royoael (L414p Houthalen)
|
Royaal: uitspraak en betekenis (mild, onbekrompen, volop, enz.). [ZND 41 (1943)]
III-3-1
|
23721 |
rozenhoedje |
rozenhoedje:
roezehuke (L414p Houthalen)
|
Een Rozenhoedje (waarbij men 1 maal het bidsnoer langs gaat). [N 96B (1989)]
III-3-3
|