e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Houthalen

Overzicht

Gevonden: 4881
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
altaar altaar (<lat.): altoar (Houthalen), op de aaltaar (Houthalen), Op een altaor (Houthalen) Een altaar [altaor, altooër, alter, outaar, outer?]. [N 96A (1989)] || Op het altaar (let op het geslacht!) [ZND 32 (1939)] III-3-3
altaarbel bel: bel (Houthalen) De 3 of 4 belletjes omvattende bel/schel, die door de misdinaar bediend wordt [schel, sjel?] . [N 96B (1989)] III-3-3
ambrosiuskorf ambrosiuskorf: ambrōsiǝskø̜rǝf (Houthalen) Korf die een afbeelding is van bisschop Ambrosius, de patroon van de imkers. De korf wordt op deze wijze vervaardigd, meer als eerbetoon aan de H. Ambrosius of als curiositeit dan als een vorm die maatgevend of modern is. Hij dient om de zegen van de patroon van de imkers af te roepen. [N 63, 3f] II-6
ampullen ampullen (<lat.): ampulle (Houthalen) Het water- en het wijnkannetje die in de mis gebruikt worden, ampullen [pölle?]. [N 96B (1989)] III-3-3
andere benamingen voor de kleuren van het vederkleed mulder: (= witte met vlekjes).  maller (Houthalen) Kent U andere benamingen voor de kleuren van het vederkleed (+ korte beschrijving)? [N 93 (1983)] III-3-2
andere inzetmogelijkheden scharreweg: Opm. v.d. invuller: 5 j. per duif.  scheneweg (Houthalen) Kent U nog andere inzetmogelijkheden? Graag benaming en omschrijving. [N 93 (1983)] III-3-2
andere middelen om een duif binnen te lokken potje rammelen: pûtteke rammele (Houthalen) Kent U nog andere middelen om de duif binnen te lokken? bijv. met graan in doos schudden. Hoe heet dat? [N 93 (1983)] III-3-2
andijvie andijvie: andeevie (Houthalen, ... ), andijviesalade: andīvislōͅ.t (Houthalen) [Goossens 1b (1960)] [ZND 01 (1922)] [ZND 32 (1939)] I-7
angel angel: a.ŋǝl (Houthalen), aŋǝl (Houthalen) Het verdedigingsmiddel van de bij dat zich aan het achterlijf bevindt. Het is een scherp, hol spiesje, van weerhaakjes voorzien en verbonden met een gifblaasje. Hiermee steken moer en werkbij. De dar mist dit wapen. [N 63, 73a; L 32, 26; JG 1a+1b; monogr.] II-6
angel van bij of wesp angel: angel (Houthalen, ... ) angel, van bij of wesp [ZND 32 (1939)] || Hoe noemt u het orgaan waarmee bijen en wespen steken (angel) [N 83 (1981)] III-4-2