23563 |
koorzanger |
kerkzanger:
kerkzanger (L414p Houthalen)
|
Een koorzanger, lid van het zangkoor [zenger, koeërzenger?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
33806 |
koot |
koot:
kut (L414p Houthalen)
|
Het korte been onmiddellijk boven de hoef, zowel van de voor- als achterpoot. 1Het is één van de belangrijkste lichaamsdelen van het trekpaard. Zie afbeelding 2.25. [JG 1a, 1b; N 8, 32.1, 32.2, 32.3, 32.7, 32.10, 32.14, 32.15 en 32.16]
I-9
|
19856 |
kop |
kop:
kǫp (L414p Houthalen),
varkenskop:
vɛrkǝskǫp (L414p Houthalen),
zijkant:
zejkant (L414p Houthalen)
|
[JG 1a, 1b] [N 76, 11; monogr.]De korte smalle zijde van een metselsteen. Zie ook afb. 30. [N 31, 17c; N 98, 171; monogr.]
I-12, I-9, II-8
|
21945 |
kop op en neer schommelen (baltsverschijnsel) |
paren:
pāeren (L414p Houthalen)
|
Hoe benoemt men de volgende baltsverschijnselen van duiven: kop op en neer schommelen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
33063 |
kop van de schoof |
aren:
ǭrǝ (L414p Houthalen),
kop:
kǫp (L414p Houthalen)
|
De bovenkant van de schoof, daar waar zich de aren bevinden. Zie afbeelding 7. [N 15, 21b; JG 1b]
I-4
|
33137 |
kopdorser |
kopdorser:
kǫp˱dǫrsǝr (L414p Houthalen)
|
Bij deze vroege gemotoriseerde dorsmachine werden de schoven met de aren (de kop van de schoof) naar voren in de machine geschoven. Het eigenlijke dorsen gebeurde in een trommel met ijzeren pinnen of tanden die doet denken aan een hekel. Zie afbeelding 12. [N 14, 6a; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
19582 |
kopje |
jatte (fr.):
zjat (L414p Houthalen, ...
L414p Houthalen),
kom:
groter dan een tas
kom (L414p Houthalen),
kopje:
køpkə (L414p Houthalen),
tasje:
teskə (L414p Houthalen)
|
een kopje met een schoteltje [ZND 34 (1940)] || kopje, tas [ZND 28 (1938)]
III-2-1
|
22740 |
kopjeduikelen |
een huppelepa maken:
huplepa mākə (L414p Houthalen)
|
over de kop buitelen (duikelen, voorover vallen) [ZND B1 (1940sq)]
III-3-2
|
33987 |
kopnet |
kopkleed:
kǫpklit (L414p Houthalen),
kopnet:
kǫpnęt (L414p Houthalen)
|
Vliegennet dat alleen over het hoofd van het paard wordt gehangen. [JG 1a, 1b; N 13, 83a]
I-10
|
21944 |
koppel |
koppel:
koppel (L414p Houthalen)
|
Wat is de dialectbenaming voor: een paar? [N 93 (1983)]
III-3-2
|