e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Houthalen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
luiden voor een begrafenis overluiden: euverlauwe (Houthalen) Het luiden bij de begrafenis [t loet tsóm jraaf?]. [N 96A (1989)] III-3-3
luier pisvod: pesvoͅdə (Houthalen) luiers (kinderdoeken) [ZND B1 (1940sq)] III-2-2
luiermand kindskorf: kindskeurf (Houthalen), kénskurf (Houthalen), luiermand: luiermand (Houthalen) korf of mand waarin de doeken of luiers van de kleine kinderen wordt bewaard? [ZND 37 (1941)] III-2-2
luikjes of valdeurtjes in het binnendeksel van een duivenmand klein dekseltje: klee dekselke (Houthalen) Hoe heet verder in Uw dialect: luikjes en valdeurtjes in het binnendeksel? [N 93 (1983)] III-3-2
luilak luierik: ook materiaal znd 30, 42 (luiaard)  leuërik (Houthalen) luilak [ZND 01 (1922)] III-1-4
luisteren luisteren: goed loësteren (Houthalen), l"stərən (Houthalen) goed luisteren [ZND 30 (1939)] || luisteren [N 10b (1961)] III-1-1
luizen luizen: luis (Houthalen) Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: luizen [N 93 (1983)] III-3-2
luns leun: lø̄n (Houthalen), spie/spij: spęj (Houthalen) Metalen spie die door een gat in het uiteinde van de wagenas wordt gestoken om te verhinderen dat het wiel van de as kan afdraaien. Zie ook afb. 216. [N G, 50c; N 17, 63; JG 1a; JG 1b; Wi 13, add.; L 39, 22, add.; div.] II-11
lusje van de ceintuur litsje: litskes (Houthalen) Hoe noemt U: een lusje van de ceintuur? [N 62 (1973)] III-1-3
lusten mogen: verzamelfiche ook mat. van ZND 1 (a-m)  maag (Houthalen) lusten (die soep lust ik niet) [ZND 30 (1939)] III-2-3