| 22132 |
persoon die zorgt voor verdwaalde duiven |
opvangcentrum:
opvangcentrum (L414p Houthalen)
|
Hoe heet de persoon die zorgt voor verdwaalde duiven? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 19229 |
persoon met een lastig karakter |
geen gemakkelijke:
hīə eͅs ginə gəmekəleͅkə (L414p Houthalen)
|
Hij is niet gemakkelijk, ... niet mak (een lastig karakter). [ZND 38 (1942)]
III-1-4
|
| 28900 |
persplank, strijkplank |
persplank:
porsplaŋk (L414p Houthalen)
|
Plank waarop men vorm in de stof of kleren perst. Men kent een grote en kleine persplank. In dit lemma duiden de benamingen op een model grote persplank: meestal ongeveer 50 cm breed en 1 m lang en daarbij 3 à 4 cm dik (Papenhuyzen III, pag. 7). De informant van Q 20 vermeldt dat de persplank een losse plank is om op de kleermakerstafel te leggen. De informant van L 416 merkt op dat de persplank voor grote stukken wordt gebruikt. [N 59, 19a; N 59, 18; N 59, 20; monogr.]
II-7
|
| 28676 |
perszak |
zak:
zak (L414p Houthalen)
|
Poreuze zak van onder meer kaasdoek gemaakt, waarin de ruwe honing wordt verzameld. Men legt deze zak in de honingpers. Onder de druk van de pers komt de honing naar buiten. Wat er uiteindelijk in de perszak overblijft, heeft slechts nog waarde als bemesting. [N 63, 122b; N 63, 122c; monogr.]
II-6
|
| 33566 |
perzik |
peersel:
peersel (L414p Houthalen, ...
L414p Houthalen)
|
[ZND 05 (1924)]perzik [ZND 05 (1924)]
I-7
|
| 24856 |
perzikkruid |
reutsel:
rø̄tsǝl (L414p Houthalen)
|
Polygonum persicaria L. Zeer algemeen voorkomend onkruid op bouwland, in tuinen en wegbermen met zeer kleine roze bloempjes in de vorm van een aar, lancetvormige bladen met een zwarte vlek en roze-rode stengels. Het bloeit van juni tot de herfst. De lengte varieert van 20 tot 100 cm. Voor weie (wilgen) zie ook de toelichting bij het lemma Hanepoot. [JG 1b, 1c, 2c; A 60A, 56]
I-5
|
| 18281 |
pet: algemeen |
klak:
klak (L414p Houthalen, ...
L414p Houthalen),
Met klep.
klak (L414p Houthalen),
klep:
klep (L414p Houthalen),
muts:
muts (L414p Houthalen),
pots:
pots (L414p Houthalen)
|
pet (hoofdbedekking voor mannen) - zijn er verschillende benamingen? [ZND 16 (1934)] || pet (hoofddeksel voor jongens) [ZND B1 (1940sq)] || pet, muts, klak [RND]
III-1-3
|
| 20410 |
petekind |
petekind:
petekinjd (L414p Houthalen)
|
een petekind [patekink] [N 96D (1989)]
III-2-2
|
| 33568 |
peterselie |
peterselie:
pitərsē.li (L414p Houthalen)
|
[Goossens 1b (1960)]
I-7
|
| 30578 |
petje |
klak:
klak (L414p Houthalen)
|
[N 67, 100d]
II-9
|