e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Houthalen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wonderen doen wonderen doen: wonnere doan (Houthalen) Wonderen doen/verrichten. [N 96D (1989)] III-3-3
wonen hagen: hāāgen (Houthalen), wonen: wōnən (Houthalen) een nestje hebben, gezegd van vogels (nesten, wonen, houden) [N 83 (1981)] || wonen [ZND A1 (1940sq)] III-2-1, III-4-1
woord woord: wô:rt (Houthalen) woord [RND] III-3-1
wormstekig gemaaid: gemaait (Houthalen, ... ), wormstekig: wurmstékig (Houthalen, ... ) Door wormen aangetast, gezegd van fruit (wormstekig, gemaaid, vermaaid, verpielt, meutelig, maaistekig, maaisteek). [N 82 (1981)] I-7, III-2-3
worst worst: woͅrst (Houthalen) worst [ZND A1 (1940sq)] III-2-3
worstenbroodje worstenbroodje: woͅrstəbrykə (Houthalen) Worstebroodje (sezijzebreudje?) [N 16 (1962)] III-2-3
wortel wortel: wǫrtǝl (Houthalen) Het deel van de plant dat onder de grond blijft. Het is in de materiaalverzamelingen overal duidelijk gemaakt dat het niet om groente gaat. Vergelijk daartoe de lemma''s ''winterwortel'' en ''tuinworteltje'' in de aflevering over de moestuin. [JG 1a, 1b; L 8, 100a; L 15, 28; S 45; monogr.] I-4
wortel (alg.) wortel: wortel (Houthalen) Het gedeelte van een plant, boom, dat in de grond zit en dat het voedselhoudende water opneemt (wortel, doel). [N 82 (1981)] III-4-3
worteltje hofpoten: hō.fputə (Houthalen) Fijne variëteit tuinwortelen [Goossens 1b (1960)] I-7
wreef vrei: vreͅi (Houthalen), wreef: vrijf (Houthalen, ... ) de wreef (het gedeelte waar het voorste van het been in de voet overgaat) [ZND 29 (1938)] || voet: voorste deel van de voet [vurvoet] [N 10 (1961)] III-1-1