e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Houthem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
voorschieten voorschieten: veursjeete (Houthem) Voorlopig voor iemand betalen [verschieten? b.v. ik zal het wel voor u verschieten?] [N 21 (1963)] III-3-1
voorschoot, schort (alg.) scholk: sjollek (Houthem) Hoe noemt men het katoenen, wollen of zijden kledingstuk, dat de vrouw bij het werk draagt om haar kleren tegen vuil worden te beschermen en dat of de gehele voorzijde van het lichaam, of hoofdzakelijk de rok bedekt ? [DC 15 (1947)] III-1-3
voorwerkers buitenwerkers: būtǝwęrǝkǝrš (Houthem) Metselstenen voor de buitenste spouwmuur, en meer in het algemeen voor metselwerk dat in het zicht blijft. Voorwerkers zijn meestal eerste keus metselstenen. Zie voor het woordtype 'façadestenen' ook het lemma 'Kleine stenen' in wld ii.8, pag. 70. [N 31, 35f; monogr.] II-9
vork fourchette: fersjèt (Houthem) vork om mee te eten [Roukens 03 (1937)] III-2-1
vorst, het vriezen gevreur: gevreuer (Houthem) vorst, het vriezen [gevreur] [N 22 (1963)] III-4-4
vorstpan verstpan: vēršpan (Houthem) Halfronde pan waarmee de nokken en hoekkepers van het dak worden bedekt; ook de soortgelijke pan voor de afdichting van de nok of de naden van het dakschild van een rieten dak. Vorstpannen worden met spijkers op de dakruiters vastgezet en met specie aan elkaar bevestigd. In Q 77b werd niet met vorstpannen gewerkt. Men smeerde daar de nok van het dak in met cement. Het woordtype broekstuk (L 290, L 372) duidt een pan aan die de verbinding vormt tussen de vorstpannen en de pannen die over de naden van het dakschild worden gelegd. [N 32, 45b; N 32, 45c; N 4A, 34a; N 4A, 34c; N F, 8] II-8
vregelpaal vregelhout: vręi̯gǝlhǫu̯t (Houthem) In de Kempen en in het zuid-oosten van het onderzoeksgbied wordt een tweede boom voor het vastzetten van het hooi op de kar gebruikt. Deze vregelpaal is (doorgaans draaibaar) onder in de bak van de hoogkar gemonteerd en loopt door het midden van het verzwaarde dwarse sluithout, de bril. Het bindtouw werd dan om deze vregelpaal heengeslagen en daarna werd deze door middel van een stok of knuppel, de vregelstok, aangedraaid. Zie ook de toelichting bij het lemma ''vregelstok'' en afbeelding 15. De foto''s van afbeelding 15 zijn genomen in Mechelen aan de Maas (Q 9). [N 17, 14a; JG 1d, 2c; monogr.] I-3
vriesweer vriesweer: vreeswaer (Houthem) vriezend weer, koud en droog [N 22 (1963)] III-4-4
vriezenx vriezen: vreeze (Houthem) vriezen [bieberen, bikken] [N 22 (1963)] III-4-4
vroedvrouw wijsvrouw: wiesvrouw (Houthem, ... ) hoe heet de baker of vroedvrouw? [DC 05 (1937)] III-2-2