e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hulsberg

Overzicht

Gevonden: 1552

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
azijn essig: essig (Hulsberg) azijn; Hoe noemt U: De zure vloeistof bestaande uit azijnzuur en water, die o.a. gebruikt wordt bij het bereiden en conserveren van spijzen (azijn, arzijn, eek) [N 80 (1980)] III-2-3
baantje glijden op het ijs keien: kèje (Hulsberg) Kinderen maken op de sneeuw of het ijs wel een gladde baan, door er telkens en achter elkaar overheen te glijden. Hoe noemt men het glijden op dit baan? [DC 44 (1969)] III-3-2
babbelaar babbelaar: babbəléér (Hulsberg) babbelaar; Hoe noemt U: Een balletje van suiker of stroop (babbelder, babbelaar, brok, babbel(tje), suikerbal, sabbelder, ababol, rababbel, kussentje, spekje, steek, kokinje, babbelut) [N 80 (1980)] III-2-3
baggermolen zandzuiger: zantzuugər (Hulsberg) een baggermolen die zand opzuigt en door een buis ver weg perst (opper, zandzuiger, zuiger) [N 90 (1982)] III-3-1
baken boei: boei (Hulsberg) elk vast merk [boei of iets dergelijks] dat een schipper het vaarwater aanwijst [baken, baak] [N 90 (1982)] III-3-1
baker bakerse: bakeste (Hulsberg, ... ) baker; ongediplomeerde (ervaren) vrouw die helpt bij bevalling [DC 12a (1943)] || baker; ongediplomeerde verzorgster van moeder en kind [DC 12a (1943)] III-2-2
bakken braden: braoə (Hulsberg) bakken; Hoe noemt U: Spijzen met boter of vet bereiden (kuinen) [N 80 (1980)] III-2-3
baldadig (persoon) uitgelaten: oetgəlaotə (Hulsberg) wild en uitgelaten [schavurig, baldadig] [N 85 (1981)] III-1-4
balorig eigenwijs: eigəwīēs (Hulsberg) niet naar raad willen luisteren [balorig, balsturig, netelig, kriemelig, balkjorig, koppig, kwaad] [N 85 (1981)] III-1-4
bandiet bandiet: bandiet (Hulsberg) een gewelddadige schurk [bandiet, schobbert, schobbejak, deugniet, boelmaker] [N 90 (1982)] III-3-1