e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hunsel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pandverbeuren pandverliezen: pandjverleeze (Hunsel) pandverbeuren [SGV (1914)] III-3-2
pannen schuren schuren: šōrə (Hunsel) metaal met behulp van water en zand of andere schurende middelen vlekvrij en glanzend maken [DC 15 (1947)] III-2-1
pantoffel slof: sloffe(n) (Hunsel) Hoe noemt men de pantoffels? [DC 09 (1940)] III-1-3
pap brij: brieje (Hunsel, ... ), pap: pap (Hunsel) brij [SGV (1914)] || brij; Hoe noemt U: Half vast, half vloeibaar gekookt gerecht van een heel of half gemalen graansoort (gort of meel) of rijst (brij, kwet, prol, pap) [N 80 (1980)] III-2-3
papier papier: (e: toonloos uitspreken).  pepeer (Hunsel) papier [SGV (1914)] III-3-1
parel parel: parel (Hunsel) parel [SGV (1914)] III-1-3
parelen opborrelen: opborrele (Hunsel) parelen; Hoe noemt U: Opstijgen van luchtbelletjes in drank (parelen, kriezelen, grinselen) [N 80 (1980)] III-2-3
pastorie pastorie: posterie (Hunsel) pastorie [SGV (1914)] III-3-3
pater pater (lat.): pa.tər (Hunsel) pater [RND] III-3-3
paus paus: paus (Hunsel) paus [SGV (1914)] III-3-3