28447 |
raat |
raat:
roǝt (L320p Hunsel)
|
Een raat is een schijf gevormd door twee lagen met de rug tegen elkaar liggende zeszijdige cellen. Ze wordt door de bijen gemaakt voor het opkweken van de larven en voor het opbergen van honing in de winter. Het bouwsel is van was. [N 63, 13a; L 1a-m; S 3; A 25, 10; JG 1a+1b; JG 2b-5, 3; Ge 37, 53; monogr.]
II-6
|
19224 |
raden |
raden:
roaje (L320p Hunsel)
|
raden (ww.) [SGV (1914)]
III-1-4
|
18168 |
rafelen |
rafelen:
ruffeltj (L320p Hunsel)
|
rafelen [SGV (1914)]
III-1-3
|
19576 |
ragebol |
ragebol:
rāgəboͅlə (L320p Hunsel)
|
raagbol [SGV (1914)]
III-2-1
|
19433 |
ramen lappen |
zemen:
ziəmə (L320p Hunsel)
|
ramen zemen [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
19977 |
rammelaar |
rammel:
remmel (L320p Hunsel),
rekel:
rèkel (L320p Hunsel)
|
konijn, mannetje [DC 04 (1936)]
III-2-1
|
24626 |
rank |
rank:
(niet als synoniem met slank) anders rank
rank (L320p Hunsel),
reng (mv.):
renk (L320p Hunsel)
|
rank [SGV (1914)] || ranken (v.e. wingerd) [SGV (1914)]
III-4-3
|
33580 |
ranken van de wingerd |
ranken:
renk (L320p Hunsel)
|
[SGV (1914)]
I-7
|
20515 |
ranzig |
garstig:
gestig spek (L320p Hunsel),
gèssich (L320p Hunsel)
|
garstig spek [..] [SGV (1914)] || ranzig; Hoe noemt U: Sterk smakend, onaangenaam ruikend gezegd van spek (ranzig, garstig) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
19558 |
rasp |
rasp:
rasp (L320p Hunsel)
|
rasp [SGV (1914)]
III-2-1
|