18074 |
verkouden |
verkouden:
ik ben verkouden (L320p Hunsel)
|
Verkoudheid. Op welke wijze wordt dit gewoonlijk uitgedrukt? B.v. Ik ben ~ [DC 27 (1955)]
III-1-2
|
18080 |
verkoudheid |
kou:
ik heb een kou te pakken (L320p Hunsel),
verkoudheid:
ik heb een verkoudheid opgelopen (L320p Hunsel)
|
Verkoudheid. Op welke wijze wordt dit gewoonlijk uitgedrukt? B.v. Ik ben ~ [DC 27 (1955)]
III-1-2
|
19888 |
verlichting |
verlichting:
verleechting (L320p Hunsel)
|
illuminatie [SGV (1914)]
III-2-1
|
21393 |
verliezen |
verliezen:
verleeze (L320p Hunsel, ...
L320p Hunsel)
|
verliezen [SGV (1914)]
III-3-1, III-3-2
|
25098 |
vernielen |
vernielen:
verneele (L320p Hunsel)
|
vernielen [SGV (1914)]
III-4-4
|
20576 |
verschaald |
verschaald:
versjaaltj (L320p Hunsel)
|
verschaald; Hoe noemt U: Door lang staan geur en kracht verloren hebbend, gezegd van bier (verschaald) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
19179 |
verstandig |
verstandig:
verstenjig (L320p Hunsel)
|
verstandig [SGV (1914)]
III-1-4
|
17625 |
verstandskies |
oogtand:
ougtàntj (L320p Hunsel)
|
verstandskies (oogtand, baktand) [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
22349 |
verstoppertje spelen |
stok bestelen:
stokbestêle (L320p Hunsel)
|
schuilevinkje spelen [SGV (1914)]
III-3-2
|
18140 |
verstuiken |
verstuiken:
verstøkdj (L320p Hunsel),
verstøke (L320p Hunsel)
|
verstuiken [SGV (1914)] || verstuikt [SGV (1914)]
III-1-2
|