e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Itteren

Overzicht

Gevonden: 1364
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zure haring rolmops: rolmops (Itteren) rolmops; Hoe noemt U: Een haring in het zuur (rolmops) [N 80 (1980)] III-2-3
zure oprisping maagzuur: maagzoer (Itteren) Hoe noemt u het zure deel van het maagsap, dat wel eens naar boven komt? [DC 47 (1972)] III-1-2
zuster zuster: zuster (Itteren) zuster; bestaat er een woord voor broers en zusters samen (Hd. Geschwister?) [DC 05 (1937)] III-2-2
zuurbes vogellijm: WLD ?  vogelleim (Itteren), voogelleim (Itteren) Zuurbes: gedoornde struik, 1-2 m hoog; geelgrauwe takken, heeft gele kogelvormige bloemen in tot 4 cm lange trossen; scharlakenrode bessen, langwerpig en 8-13 mm lang die ook s winters nog aan de struik staan (berberissen, barbarinneke, versilts, kweedoo [N 82 (1981)] III-4-3
zwager zwager: zwaoger (Itteren) zwager (schoonbroeder Bestaan er verschillende woorden voor den broeder van den man of de vrouw, en den man van de zuster? [DC 05 (1937)] III-2-2
zwak, slap zwak: zwaak (Itteren) zwak [DC 02 (1932)] III-1-1
zwaluwstaart staart: staart, start (Itteren) de staart van zwaluwachtige vogels [N 83 (1981)] III-4-1
zwarte bladluis vliegje: vleegskes (Itteren) insectjes onder een blad, zwart [DC 68 (1993)] III-4-2
zwarte kraai, kraai krauw: krauw (Itteren) Hoe heet de zwarte kraai? [DC 06 (1938)] III-4-1
zwarte populier donkere populier: WLD  doonkere pôpelier (Itteren) De zwarte populier; heeft op oudere leeftijd een heel donkere schors met diepe groeven, de ruitvormige bladeren zijn donkergroen (peppel, blauwe populier). [N 82 (1981)] III-4-3