| 21655 |
bij handslag verkopen |
op de hand verkopen:
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
op de hanjd verkōpe (Q028p Jabeek)
|
handslag, Iets bij ~ verkopen [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 29948 |
bikbijltje |
beitel:
bē.tǝl (Q028p Jabeek)
|
Tweesnijdend bijltje met kort handvat om oude stenen schoon te kappen. Zie ook afb. 9. Het verwijderen van oude specieresten van metselstenen werd in Q 116 'afbikken' ('āf˱bekǝ') genoemd. [N 30, 15c]
II-9
|
| 21641 |
biljet van duizend frank |
duizend franks:
dōēzend francs (Q028p Jabeek)
|
1000 franc, een biljet van ~ [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21638 |
biljet van duizend gulden |
duizend gulden:
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
dōēzend gulje (Q028p Jabeek)
|
1000 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21623 |
biljet van honderd frank |
honderd franks:
hondert francs (Q028p Jabeek)
|
100 franc, een biljet van ~ [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21637 |
biljet van honderd gulden |
honderd gulden:
hondert gulje (Q028p Jabeek)
|
100 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21612 |
biljet van tien gulden |
tientje:
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
tīēntje (Q028p Jabeek)
|
10 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21620 |
biljet van twintig frank |
twintig franks:
twintig francs (Q028p Jabeek)
|
20 franc, een biljet van ~ [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21634 |
biljet van twintig gulden |
twintig gulden:
twintig gulje (Q028p Jabeek)
|
20 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21636 |
biljet van vijfentwintig gulden |
vijfentwintig gulden:
vief en twintig gulje (Q028p Jabeek)
|
25 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)]
III-3-1
|