e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Keent

Overzicht

Gevonden: 1396
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
fruit, ooft ooft: spec. slechte soort peer als vlaaispijs gebruikt  oeëft (Keent) ooft I-7
fruit, slechte kwaliteit kraatsel: kraatsel (Keent) gerimpelde appel I-7
fundament fondament: fǫ.ndǝmę.nt (Keent) De grondvesten van een gebouw. Het fundament kan al dan niet onderheid zijn, wordt in metselsteen, stampbeton of gewapend beton uitgevoerd en reikt tot aan het maaiveld of de begane grond. [N 31, 1a; N 31, 1b; N 31, 1c; monogr.] II-9
gaffelreep gaffelreep: gafǝlrēǝp (Keent), reep: rēǝp (Keent) Het dikke touw zonder einde dat in een grote lus tussen de gaffels over het gaffelwiel loopt; de molenaar hijst er bij windstilte de zakken mee op. Zie ook afb. 65. [N O, 25p; A 42A, 47; A 42A, 43; A 42A, 46] II-3
gagel gaalhout: zeer aromatisch, gebruikt onder het stro in bedden om ongedierte te verdrijven  gaolhout (Keent) gagel III-4-3
gang gang: ga.ŋk (Keent) gang III-2-1
garen garen: gārǝ (Keent) Gesponnen draad in het algemeen. Het garen kan gemaakt worden van allerlei vezels, bijv. katoen, wol, zijde en linnen. [N 62, 55a; N 59, 6a; L 1a-m; L 7, 58; L 17, 4; L 28, 14; L A1, 18; L B1, 69; L B1, 80; MW; S 7; monogr.] II-7
garenklosje, garenpijpje klosje: klø̜skǝ (Keent) Doorboord klosje waarop het garen is gewonden of pijpje waarop het garen zit. [N 59, 9; N 62, 56a; N 62, 56b; Gi 1.IV, 23; MW; monogr.] II-7
gebakken appelschijven boomherst: boumherst (Keent), boomspek: boûmspek (Keent) appelschijven in de pan gebraden III-2-3
gebint gebont(e): gǝbo.nt (Keent) Het geheel van spantbenen, gordingen, kepers etc. waarop de dakbedekking rust. Zie ook afb. 49 en 71. [S 9; N 54, 149a; N 54, 149b; N 54, 151; monogr.; Vld.] II-9