e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Keent

Overzicht

Gevonden: 1396

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
alsem else: bittere alsem, gebruikt voor elsebitter  aelse (Keent) alsem III-4-3
alver maasruts: vis  maasröts (Keent) alvertje (vis) III-4-2
ambachten op ambacht gaan: ǫp ambax ˲gon (Keent) Diverse werkzaamheden in de molen uitvoeren zoals zeilen repareren en molenstenen scherpen. [A 42 A, 50 add.] II-3
angel van bij of wesp angel: ângel (Keent) angel III-4-2
anijs anijs: Anijs wordt in de jacht gebruikt, vermengd met het voer, om fazanten te lokken  anniês (Keent) anijs III-2-3
appel, overige soorten appel: appel (Keent), court-pendu (fr.): korsteel, zure bewaarappel  karpeduu (Keent), eysdener klompje: iësdere klûmpke (Keent), heggenappeltje: kleine wilde appeltjes die in oude heggen voorkomen  hegke-eppelkes (Keent), kookappel: kookappel (Keent) appel || appel, soort || appeltjes I-7
appelbol pijlappel: Een geschilde appel met verwijderd klokkenhuis, gevuld met suiker en kaneel, in deeg gerold en gebakken  piêlappel (Keent) appelbol III-2-3
appelmoes appelenmoes: Verkl. appelemeuske  appelemoos (Keent), appelenpruts: appellepruts (Keent), prus: prus (Keent), prut: prut (Keent) appelmoes III-2-3
appelsteel peel: peel (Keent) steeltje ve appel of peer I-7
appelvink groene: greune (Keent) appelvink III-4-1