e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kerkhoven

Overzicht

Gevonden: 1473
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pannenkoek pannenkoek: pannekook (Kerkhoven) pannenkoek [ZND 40 (1942)] III-2-3
pantoffel slof: oo = tusschen lang en kort  ne sloof (Kerkhoven) pantoffel [ZND 40 (1942)] III-1-3
paraplu paraplu: ne parreplu (Kerkhoven) paraplu [ZND 40 (1942)] III-1-3
parel bijou (fr.): (oester) bijou (Kerkhoven), oesterbijou: (oester) bijou (Kerkhoven) Kent u de volgende woorden? Wat bedoelt u ermee? Hoe spreekt u ze uit? [N 114 (2002)] || Parel. Sieraad van de pareloester of –mossel met hoge waarde [parel, paarlemoer] [N 114 (2002)] III-1-3
paren van de duiven paren: pōͅrə (Kerkhoven) Paren [van de duiven]. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
parfum parfum: parfum (Kerkhoven) Parfum. Reukstof in geconcentreerde vorm [parfum, odeur, reuksel] [N 114 (2002)] III-1-3
parochie parochie: `dorp`  perochie (Kerkhoven) Een parochie; dit woord kan betekenen zoals in het Nederl. "kerkelijke gemeente met een pastoor"ofwel eenvoudig "dorp"; welke betekenis heeft het bij u? [ZND 40 (1942)] III-3-3
pasgeboren kalf nuchter kalf: nøxtǝrǝ [kalf] (Kerkhoven) [N 3A, 15 en 20; N C, 6; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
passen passen: passen (Kerkhoven) Passen. Nauwkeurig sluiten, goed staan, gezegd van kleding [passen, mikken] [N 114 (2002)] III-1-3
pastoor pastoor (<lat.): pa’sto.ər (Kerkhoven) pastoor [RND] III-3-3