e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kerkrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
groente, algemeen gemeus: jemus (Kerkrade), groens: jrungs (Kerkrade), ideosyncr.  jreuns (Kerkrade) De gewassen die door mensen als voedsel worden gebruikt in het algemeen (groente, potazzie). [N 82 (1981)] || groente I-7
groenten bij elkaar zoeken zeumeren: zumere (Kerkrade) Hoe noemt U: Groenten bij elkaar zoeken (moezelen) [N 80 (1980)] III-2-3
groenvoer groenvoer: jrø̜ŋvōr (Kerkrade) De algemene benaming voor het gewas dat wordt gebruikt als voeder voor de dieren. De afzonderlijke voedergewassen worden behandeld in aflevering I.5 in de paragraaf "voedergewassen". Bij het type snijkoren wordt opgemerkt: "vroeg gezaaid koren dat in de lente als groenvoer wordt afgemaaid". Bij het type bonenkoren: "omdat erna bonen werden verbouwd"; vergelijk ook in het lemma ''masteluin'' (1.2.11), sub haverbonen. Krokken is eigenlijk voederwikke; luzerne is een klaversoort. [N 11A, 28a; N M, 14; L 48, 26; Lu 2, 26; monogr.] I-4
grof (een) grove: jrǭvǝ (Kerkrade) Gezegd van een paard met zware poten. Een aantal antwoorden is opgenomen in het lemma ''zwaar paard'' (4.5.1), omdat het daar eerder thuishoort. [N 8, 64b] I-9
grof gebouwd fors: forsj (Kerkrade), goed van poten en aderen: got van poate en oare (Kerkrade), zwaar: sjwaor (Kerkrade), zwaar gebouwd: sjwoor jebouwd (Kerkrade), De informant geeft [schaor] op. Is dit misschien [schwaor]?  schaor jebout (Kerkrade) zwaar van lichaamsbouw [grof, stug, struis] [N 10 (1961)] III-1-1
grof gebouwd persoon beer: bier (Kerkrade) Grof gebouwd: groot, zwaar (struis, grof). [N 84 (1981)] III-1-1
grof gebouwde vrouw machine: eng machien (Kerkrade), mangel: in mangel (Kerkrade), postpaard: (= groot en grof).  e pos-paed (Kerkrade), pratskont: ing pratsjkónk (Kerkrade), pratsvot: ing pratsjvot (Kerkrade), tangbammel: (is meer dik bedoeld).  ⁄n tang-bam-mel (Kerkrade) fors gebouwde vrouw [megochel, schommel] [N 07 (1961)] III-1-1
grommen grommen: ideosyncr.  jromme (Kerkrade) Hoe noemt u een dof, laag, grommend geluid voortbrengen, gezegd van honden (grauwelen, gronzen, grommen, grozen, grollen) [N 83 (1981)] III-2-1
grond waarop de boerderij staat hof: hǫf (Kerkrade) Vaak zijn boerderijen op een natuurlijke lichte verhoging in het terrein gebouwd. Naast de meer algemene benamingen van de plek waarop het bedrijf ligt, vinden we dan ook enkele specifiek op die hoogte betrekking hebbende benamingen. Ze staan achter in het lemma bijeen. [N 5A, 74a; A 10, 1; monogr.] I-6
grond, aarde aarde: eǝt (Kerkrade), ø̜rt (Kerkrade), drek: drɛk (Kerkrade) De algemene benaming. [S 1, 7, 11, 42; Wi 52; R III, 5, 6, 7, 8; L A1, 150; Vld.; N 18, add.; monogr.] I-8