| 18329 |
lang schortlint |
bind:
biende (Q121p Kerkrade)
|
linten, lange ~ of banden waarmee een voorschoot om het middel wordt geknoopt [binders] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
| 34329 |
lang varken |
lang varken:
laŋk vɛrkǝ (Q121p Kerkrade)
|
Varken met een lange rug. [N 76, 20]
I-12
|
| 29987 |
lange bouwladder |
stockledder:
štǫklɛdǝr (Q121p Kerkrade)
|
Ladder waarmee de eerste of tweede verdieping van een steiger bereikt kan worden. In het eerste geval is de ladder doorgaans 4 m lang, wanneer de ladder tot de tweede verdieping reikt, 7 tot 8 m. Bouwladders onderscheiden zich van andere ladders doordat zij meestal van rond steigerhout vervaardigd zijn. De sporten van een bouwladder zijn in het rondhout ingekeept en met draadnagels vastgezet. [N 32, 9a; monogr.]
II-9
|
| 18286 |
lange broek |
lange boks:
lang boks (Q121p Kerkrade),
pantalon (fr.):
pantalong (Q121p Kerkrade)
|
pantalon || pantalon, lange broek [N 23 (1964)]
III-1-3
|
| 24645 |
lange dunne boom |
piezel:
ideosyncr.
piezzel (Q121p Kerkrade)
|
Een lange dunne boom (zwiemel). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
| 24733 |
lange dunne tak |
spruit:
ideosyncr.
sjpreuts (Q121p Kerkrade)
|
Een lange dunne tak (geert) [N 82 (1981)]
III-4-3
|
| 18367 |
lange kleurige herenkous |
hoos:
haoze (Q121p Kerkrade),
hoaze (Q121p Kerkrade)
|
mannenkousen, lange kleurige ~ (vero) [hooze] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
| 17610 |
lange neus |
lange tul:
lang tül (Q121p Kerkrade)
|
neus, Een lange ~ (fokker, domphoren, vonk). [N 84 (1981)]
III-1-1
|
| 18599 |
lange onderbroek? |
lange onderboks:
lang ongerboks (Q121p Kerkrade)
|
onderbroek, lange ~ [N 25 (1964)]
III-1-3
|
| 18558 |
lange overjas |
ulster:
WNT: ulster (I). Naar de Noordiersche provincie Ulster. Lange, ruime heerenwinterjas van een warme, ruwe stof, met dubbele rij knoopen en breede revers.
oelster (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade)
|
herenoverjas; inventarisatie vero uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 25 (1964)] || jas, lange zwarte (over)~ [pergeerjas, -keel, flankert] [N 23 (1964)]
III-1-3
|