e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kerkrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
libel en waterjuffer waterjuffer: was’serjómfer (Kerkrade) libel III-4-2
lichaam lijf: lief (Kerkrade), t lief (Kerkrade, ... ), t līēf (Kerkrade), korte ie  lief (Kerkrade) buik (lijf) [DC 01 (1931)] || lichaam [N 10 (1961)] III-1-1
lichaamskracht kracht: [Lex. var. kraft: tweede hoogduitse klankverschuiving]  kraf (Kerkrade, ... ), macht: maacht (Kerkrade, ... ) lichaamskracht (kracht die een zieke geleidelijk verspeelt) [macht, maacht] [N 10 (1961)] III-1-2, III-1-4
lichaamsvocht merg: mérich (Kerkrade), water: wasser (Kerkrade) lichaamsvocht (dat zich bijv. in de gewrichten bevindt) [N 10 (1961)] III-1-2
licht vriezen get vriezen: ⁄t vrüst jet (Kerkrade) lichtjes vriezen [schorzelen] [N 81 (1980)] III-4-4
lichte overjas dunne rok: dunne rok (Kerkrade) herenoverjas, lichte ~ [sertoe] [N 23 (1964)] III-1-3
lichtgeraakt, kregel kritisch: kriet’tiesj (Kerkrade), op de tenen treden: óp de tsiene treëne (Kerkrade) kribbig, knorrig || spoedig boos of driftig wordend [krikkelig, nippig, kregel, kriel, oplopig] [N 85 (1981)] III-1-4
lid van een vereniging mitglied (du.): mietjlied (Kerkrade) lid van een vereniging III-3-1
lidmaat, ledematen gelid, gelederen: a jelit (Kerkrade), ee gelid, de gliddere (Kerkrade), lid, leden: de lenge (Kerkrade), ee lid (Kerkrade) ledematen, lidmaat [N 10 (1961)] III-1-1
lidmaatschapsboekje mitgliedboekje: mitjli.tbøsjǝ (Kerkrade  [(Wilhelmina)]   [Emma]), mitgliedsboekje: mitjǝli.tsbøsjǝ (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Julia]) Lidmaatschapsboekje van de vakbond. [N 95, 983] II-5