| 33740 |
prikkeldraad |
stacheldraad:
štaxǝldroǝt (Q121p Kerkrade),
štaxǝldrǭt (Q121p Kerkrade)
|
Twee- of driedraads gevlochten ijzerdraad van scherpe punten voorzien waarmee men een weide of een stuk grond afspant. [N M, 6b; N M, 6a; L 40, 73; JG 1b; L 32, 45 add.; Vld.; Gwn 16, 11; A 25, 4f; A 25, 8 add.; monogr.]
I-8
|
| 22356 |
priktol |
dop:
dop (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade),
[Met afbeelding].
dop (Q121p Kerkrade),
aan het draaien gebracht door een los touw er om te draaien en dan wegwerpen en een eind vasthouden
dop (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade),
knool:
Dr - aawerpe, de tol opzetten.
knool (Q121p Kerkrade)
|
1. (Prik)tol. || Een priktol [tol met een ijzeren punt die geworpen wordt] bovenhands uitwerpen, om er een andere mee te treffen [kampen, kappen, klodderen]. [N 88 (1982)] || Hoe noemt men een dergelijk stuk speelgoed dat in beweging wordt gebracht met behulp van een touwtje dat er omheen wordt gedraaid? [priktol] [DC 24 (1953)] || Hoe noemt men het kinderspeelgoed dat paddestoel- of kegelvormig is en dat met een zweep wordt voortgedreven? [tol] [DC 24 (1953)] || Tol.
III-3-2
|
| 18927 |
proberen |
proberen:
probere (Q121p Kerkrade)
|
een proef nemen met of van [proberen, verzoeken, bezien] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 21722 |
proces |
proces (<lat.):
protses (Q121p Kerkrade)
|
de zitting van een rechterlijk college waarin een overtreding of misdrijf onderzocht wordt, en waarin een uitspraak gedaan wordt [kwerel, audiëntie, proces, ordenantie] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 21515 |
proces-verbaal |
protocol:
vgl. Kerkrade Wb. (pag. 209): prottekol, procesverbaal (sic).
prottekol (Q121p Kerkrade)
|
het geschreven woordelijke verslag van de toedracht van een overtreding [proces-verbaal, daas, nummer] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 23243 |
processie |
bronk:
brónk (Q121p Kerkrade)
|
De processie [bronk, persessie, protsessioën]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
| 23857 |
processiepaaltjes |
bronkpalen:
brónkpöal (Q121p Kerkrade)
|
De paaltjes die de route aangeven waarlangs de processie trekt [bronkpäöl]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
| 23856 |
processiepaaltjes in de grond slaan |
bronkpaaltjes zetten:
brónkpöalsjer zetse (Q121p Kerkrade)
|
Processiepaaltjes in de grond slaan [pöälchere zetse]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
| 23858 |
processiestrooisel |
strooisel:
sjträusel (Q121p Kerkrade)
|
Strooisel bestaande uit bloemen, stukgesneden stengels en bladeren en stroopsel van varens waarmee de straten versierd worden [sjtreupsel]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
| 23861 |
processievaantjes |
bronkvanen:
brónkvane (Q121p Kerkrade)
|
De vaandeltjes die in de processiestoet worden meegedragen [persessieveendelkes]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|