e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kerkrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
takken krijgen uitslaan: ideosyncr.  oes-sjloa (Kerkrade) Takken krijgen, gezegd van een boom (takken). [N 82 (1981)] III-4-3
talud berg: bɛrx (Kerkrade), berm: brēm (Kerkrade), bɛrm (Kerkrade), brand: braŋk (Kerkrade), graaf: jrāf (Kerkrade), weggenrand: weǝjǝraŋk (Kerkrade) De aflopende kant van een weg, dijk of sloot. Een aantal woordtypen duidt op een sloot of greppel naast de weg, terwijl gevraagd was naar de ø̄aflopende kant van een weg, dijk, of slootø̄. [N M, 27; N 11, 7a; N 11, 7b; monogr.] I-8
tamme kanarie harzer: hātsər (Kerkrade), kanarievogel: kanalieëvoeëjel (Kerkrade, ... ), kanaliəvuəjəl (Kerkrade), pietje: piet-je (Kerkrade) bepaald kanarieras, gekweekt in de Harz || Hoe noemt u de tamme kanarie? (kernollievogel, konijnevogel, pietje) [N 104 (2000)] || kanarie III-2-1
tamponeerborstel tamponeerborstel: tɛmpǝnērbøštǝl (Kerkrade) Langwerpig rechthoekige borstel, meest van blank varkenshaar, met gebogen handvat of steel die wordt gebruikt om bij mat verfwerk de strepen van de verfkwast weg te nemen. Om dit te bereiken wordt met de borstel gelijkmatig op het vers geverfde werk gedopt. [N 67, 38; div.] II-9
tamponeren tamponeren: tɛmpǝnērǝ (Kerkrade) Bij mat verfwerk met een tamponeerborstel in de verf doppen.om de strepen van de verfkwast weg te nemen. Zie ook het lemma 'Tamponeerborstel'. [N 67, 80b] II-9
tamponneerverf tamponneerverf: tɛmpǝnēr[verf] (Kerkrade) Verf die met een tamponneerkwast kloppend wordt aangebracht. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '-(verf)' het lemma 'Verf'. [N 67, 24] II-9
tand tand: tank (Kerkrade), tsank (Kerkrade), tsānt (Kerkrade), tsàŋk (Kerkrade), zànk (Kerkrade) een tand [ZND A1 (1940sq)] || tand [DC 01 (1931)] III-1-1
tanden van een riek tanden: ts˙ę ̞ŋ (Kerkrade) Van de opgesomde termen zijn de niet-samengestelde meestal ook toepasselijk op de tanden van de mesthaak en van de hooivork. Voor het aantal tanden dat een riek kan hebben, zie men het vorige lemma. [N 11A, 13b + 17b; div.; monogr.] I-1
tandheugel van de stijlentrekker tandheugel: tsaŋkhyǝjǝl (Kerkrade  [(Domaniale / Wilhelmina)]   [Domaniale]) De tandheugel van een stijlentrekker. [N 95, 592] II-5
tandjes knippen tanden snijden: tsɛŋ šniǝ (Kerkrade) De tanden van de pasgeboren biggen afknippen. [N 76, 42] I-12