18109 |
blikaars |
uitslag:
oes-sjlaag (Q121p Kerkrade)
|
Uitslag, zweren op het achterwerk (blikaars, blikgat, blekker(d), blik, smet). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
25111 |
bliksem, bliksemflits |
blits:
blits (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade),
enne blits (Q121p Kerkrade),
blitsstraal:
blitsstroal (Q121p Kerkrade)
|
bliksem || bliksem, elektrische vonk die bij onweer van de ene wolk naar de andere of naar de aarde overspringt [bledderum, vuurlicht, weerlicht] [N 81 (1980)] || bliksemschicht, bliksemstraal [weerlicht, blidderum] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
25113 |
bliksemen |
blitsen:
⁄t blitst (Q121p Kerkrade),
⁄t is ant blitse (Q121p Kerkrade)
|
bliksemen met een felle straal [t vuurlicht] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
17785 |
blind |
blind:
blint (Q121p Kerkrade)
|
blind [ZND A1 (1940sq)]
III-1-1
|
27831 |
blinde galerij |
blinde baan:
bleŋ bān (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale])
|
Korte, doodlopende mijngang. Volgens de invuller uit Q 121 werd de "blinde baan" tot in de twintiger jaren gebruikt op plaatsen die moeilijk met vulstenen opgevuld konden worden. De blinde galerijen liepen evenwijdig aan toe- en afvoergalerij en stonden haaks op het pijlerfront. Later, toen de blaasopvulling geperfectioneerd was, werd het systeem niet meer toegepast. De variant køtsak wordt slechts zelden gebruikt (Vanwonterghem pag. 96). [N 95, 394 add.; Vwo 263]
II-5
|
27763 |
blinde schacht, tussenschacht |
blinde schacht:
bleŋǝ šāt (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Willem-Sophia]),
tussenschacht:
tøšǝšāt (Q121p Kerkrade
[(Wilhelmina / Domaniale)]
[Julia]),
tussenschachtje:
tøšǝšēǝtjǝ (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Willem-Sophia]),
zenkschacht:
zɛŋkšāt (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale])
|
Een schacht die niet aan de oppervlakte uitmondt. Een dergelijke schacht wordt aangelegd om steenkoollagen te ontsluiten die tussen de verdiepingen zijn gelegen, en soms voor ventilatie- of vervoersdoeleinden. Zo merkt de respondent uit Q 3 voor de mijnen uit Winterslag en Waterschei op dat de "stortkoker" een blinde schacht is waar kolen en steen door afgevoerd worden en de "luchtschouw" een blinde schacht die uitsluitend wordt gebruikt voor de luchtverversing. Het verschil tussen een opbraak of een neerbraak en een tussenschacht was in de Nederlandse mijnen gelegen in het feit dat in een tussenschacht personenvervoer door middel van liftkooien was toegestaan. [N 95, 78; N 95, 181; monogr.; Vwo 134; Vwo 138; Vwo 206; Vwo 804]
II-5
|
20686 |
blinde vink |
blinde vink:
bling vink (Q121p Kerkrade)
|
Opgerold kalfslapje met vulsel (blin vinke, muisje zonder kop?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
22353 |
blindemannetje spelen |
blindmarie:
Vgl. Kerkrade Wb., pag. 61: blink, blind.
blinkmarie (Q121p Kerkrade)
|
Het spel waarbij één van de spelers die de anderen moet vangen geblinddoekt is [kakkemommen, blindemannetje, blindekoe, blindekoekoek]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
25018 |
blinken, glimmen, glanzen |
blinken:
bliŋkən (Q121p Kerkrade),
uitblinken:
oesblinke (Q121p Kerkrade)
|
blinken [ZND A1 (1940sq)] || een glans van zich geven [glimmen, glanzen, blinken] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
17683 |
bloed |
bloed:
blod (Q121p Kerkrade),
blōt (Q121p Kerkrade),
t blod (Q121p Kerkrade),
t blot (Q121p Kerkrade),
korte oo
t bloot (Q121p Kerkrade)
|
bloed [N 10 (1961)], [ZND A2 (1940sq)]
III-1-1
|