19779 |
verwarmen, stoken |
heizen (d.):
hai̯tsə (Q121p Kerkrade)
|
verwarmen, stoken
III-2-1
|
30716 |
verweerd |
verweerd:
vǝrwērt (Q121p Kerkrade)
|
Gezegd van schilderwerk dat door de invloed van het weer is aangetast. [N 67, 69a]
II-9
|
30024 |
verweerde kalk |
loftkalk:
lofkalǝk (Q121p Kerkrade)
|
Ongebluste kalk die langdurig aan vochtige lucht werd blootgesteld en daardoor met water en koolzuur is verzadigd. Verweerde kalk blust zeer moeilijk. Zie ook de toelichting bij het lemma 'Kalk blussen'. [N 30, 29b; monogr.]
II-9
|
24555 |
verwelkt |
verlepst:
verlepsjd’ (Q121p Kerkrade),
verplakt:
verplakd’ (Q121p Kerkrade),
ideosyncr.
verplekt (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade)
|
Slap worden en geur en kleur verliezen, gezegd van bloemen (Slekkeren, verwelken, verflensen). [N 82 (1981)] || verlept || verwelkt || Verwelkt, gezegd van bloemen (pens). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
20304 |
verwend kindje |
zouwaas:
cf. VD D.-N. s.v. "sau"= ontzettend, vreselijk, oer-; s.v. "Aas"kreng, loeder
zouw oas (Q121p Kerkrade)
|
een bedorven, door en door verwend kind [babaard, babbe, kinnebaba] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
21795 |
verwensen |
verwensen:
verwunsje (Q121p Kerkrade)
|
iemand kwaad toewensen [wensen, verdijen, verwensen] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
23179 |
verwoed kaarter |
kaartmeun:
kaatmeun (Q121p Kerkrade),
kaartmoer:
kaatmoor (Q121p Kerkrade)
|
Iemand die graag en veel kaartspeelt.
III-3-2
|
21806 |
verzoek |
verzoeken:
verzukke (Q121p Kerkrade)
|
het vragen iets te willen doen, verzoek [bede] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
30014 |
verzopen mortel |
soep:
tsup (Q121p Kerkrade),
verzopen spijs:
vǝrzǭfǝ [spijs] (Q121p Kerkrade)
|
Mortel waar teveel water in is verwerkt. Zie voor de fonetische documentatie van het woord '(spijs)' het lemma 'Mortel'. [N 30, 43a; monogr.]
II-9
|
27621 |
verzuimdienst |
bommelschicht:
bu.mǝlšix (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Willem-Sophia]),
fehlschicht:
fēlšix (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Maurits]),
uitgevallen schicht:
ūsjǝvalǝ šix (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale])
|
Het zonder voorkennis, verlof of andere geldige redenen van het werk wegblijven. Dit willekeurig verzuim heeft na drie achtereenvolgende keren in de meeste gevallen ontslag op staande voet tot gevolg (Van der Maar). [N 95, 915; N 95, 916; monogr.; Vwo 57; Vwo 149; Vwo 822; div.]
II-5
|