23600 |
wijwaterkwast |
wijwaterkwast:
wiewasserkwaas (Q121p Kerkrade)
|
De wijwaterkwast. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23351 |
wijwatervat |
wijwaterbak:
wiewasserbak (Q121p Kerkrade)
|
De met wijwater gevulde bak bij de ingang(en) van de kerk [wijwater(s)bak, -vat, -steen?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23453 |
wijzerplaat van het torenuurwerk |
wijzerplaat:
wiezerplaat (Q121p Kerkrade)
|
De wijzerplaat van de torenklok. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23454 |
wijzers van het torenuurwerk |
wijzers:
wiezere (Q121p Kerkrade),
zeiger (du.):
tsejere (Q121p Kerkrade)
|
De wijzers van de torenklok. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
30746 |
wikkelen |
marmereren:
marmǝrērǝ (Q121p Kerkrade),
wikkelen:
wekǝlǝ (Q121p Kerkrade)
|
Het schilderen van marmeraderen op houtwerk of stucpleister, ter nabootsing van echt marmer. [N 67, 84b; N 67, 85b]
II-9
|
30137 |
wild verband |
wild verband:
welt ˲vǝrbaŋk (Q121p Kerkrade)
|
Metselverband waarbij strekken en koppen zich in een laag op onregelmatige wijze afwisselen. Het wild verband werd na de oorlog veel gebruikt in verband met de toen heersende schaarste aan materiaal (Westra, pag. 21). De term wild verband wordt ook gebruikt voor decoratief metselwerk waarbij verschillende steensoorten onregelmatig door elkaar worden gerangschikt. [N 31, 24f; N 31, 26]
II-9
|
24277 |
wilde eend |
eend:
end (Q121p Kerkrade),
wilde eend:
wil ént (Q121p Kerkrade)
|
eend || eend: wilde eend (58 overal bekend; groene kop en nek; bruine borst [N 09 (1961)]
III-4-1
|
24507 |
wilde framboos |
brochmiemel:
bróch’miemmel (Q121p Kerkrade)
|
framboos, wilde
III-4-3
|
24278 |
wilde gans |
gans:
jaos (Q121p Kerkrade),
wilde gans:
wil géús (Q121p Kerkrade)
|
gans || gans: grauwe gans (± 80 net een tamme gans zonder wit; oranje bek; roep gelijk tamme gans [N 09 (1961)]
III-4-1
|
17576 |
wilde hoofdharen |
struivelen:
stroevele (Q121p Kerkrade),
varkenshaar:
verkenshoar (Q121p Kerkrade)
|
hoofdharen, wilde ~ [vliechhaar] [N 10 (1961)]
III-1-1
|