e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P055p plaats=Kermt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schip schip: scheejəp, twĭe scheepə, klee scheepkə (Kermt), sxe.p (Kermt) Een schip, twee schepen, een klein scheepje. [ZND 06 (1924)] || schip [RND] III-3-1
schipper schipper: sxipər (Kermt) schipper [RND] III-3-1
schoen bakje: bɛkskǝ (Kermt) Het kleine losse bakje onderaan het kaar dat tijdens het malen in schuddende beweging is. Het schoen staat de molenaar toe de graantoevoer naar de stenen te regelen. [N O, 19j; A 42A, 39; N D, 12; Sche 52; Vds 149; Jan 156; Coe 137; Grof 158; A 42A, 19] II-3
schoen: algemeen schoen: schoewən (Kermt), sXuən (Kermt) een schoen [ZND 06 (1924)] || schoen [skoewn, schoe, sjoe, schoon, sjoon] [N 24 (1964)] III-1-3
schoenlepel aantrekker: oͅəntreͅkər (Kermt) schoenlepel [schoontrekker] [N 24 (1964)] III-1-3
schoensmeer blink: blink (Kermt, ... ) schoensmeer (blink) [ZND 01 (1922)], [ZND 01 (1922)] III-1-3, III-2-1
schoenveter nestel: nestəl (Kermt), staartel: statəl (Kermt, ... ) Nestel (van den schoen; fr. lacet). [ZND 05 (1924)] || schoenveter [rijgsnoer, (rij)reem, sjoonsreim, riereem, riesjtartel, nistel, rienastel, raajnagel, rijnassel, rijgnestel, rijgenast] [N 24 (1964)] III-1-3
schoepen van het onderslagrad alpen: alǝpǝ (Kermt) Uit hout of ijzer vervaardigde schepborden die op de velg van het rad van onderslagmolens zijn bevestigd. Zie ook afb. 10 en 70. [Vds 22; Jan 69; Coe 63; Grof 87; A 43, 5] II-3
schoepen van het turbinerad schoepen: sxupǝ (Kermt) De schoepen van het horizontaal geplaatste waterrad van een turbinemolen. [Vds 22] II-3
schoffel schoffel: sxofǝl (Kermt) Gereedschap om onkruid af te snijden en om de grond los te maken. Het bestaat uit een soort mes dat met behulp van een lange steel door de grond geschoven wordt. [N 18, 18a en 48; JG 1a, 1b; A 47, 11a; monogr.; add. uit N 15, 6; N 18, 4 en 50; GV, K7] I-5