28447 |
raat |
raam:
(mv)
rãmǝ (P055p Kermt)
|
Een raat is een schijf gevormd door twee lagen met de rug tegen elkaar liggende zeszijdige cellen. Ze wordt door de bijen gemaakt voor het opkweken van de larven en voor het opbergen van honing in de winter. Het bouwsel is van was. [N 63, 13a; L 1a-m; S 3; A 25, 10; JG 1a+1b; JG 2b-5, 3; Ge 37, 53; monogr.]
II-6
|
19224 |
raden |
geraden:
koo je da groowə (P055p Kermt)
|
Kunt ge dat raden? [ZND 06 (1924)]
III-1-4
|
19576 |
ragebol |
spinnenborstel:
spənəb‧ōsəl (P055p Kermt)
|
ragebol, bolvormige borstel waarmee spinnewebben worden verwijderd [N 26 (1964)]
III-2-1
|
19977 |
rammelaar |
rijder:
rēͅər (P055p Kermt)
|
rammelaar, mannetje konijn [Goossens 1b (1960)]
III-2-1
|
34631 |
rammelkar |
bommelkar:
bǭmǝlkē̜r (P055p Kermt)
|
Kar die veel lawaai maakt. [N 17, 92]
I-13
|
18413 |
rand van een hoed |
rand:
rānd (P055p Kermt)
|
luifel, overstekende rand van een hoed [N 25 (1964)]
III-1-3
|
24229 |
ransuil |
katuil:
katuil (P055p Kermt)
|
ransuil
III-4-1
|
33207 |
rapen |
rapen:
rā.pǝ (P055p Kermt)
|
De aardappelen oprapen en in een mand bijeen doen, achter de rooiers of achter de rooiende ploeg aanlopend. [N 12, 21; JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 12, 18; A 23, 17d; Lu 1, 17d]
I-5
|
19558 |
rasp |
rasp:
ra͂əsp (P055p Kermt)
|
rasp (rief, raspel, raps) [N 20 (zj)]
III-2-1
|
18961 |
rechtvaardig |
rechtvaardig:
rechtvjadich (P055p Kermt)
|
Rechtvaardig. [ZND 06 (1924)]
III-1-4
|