e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kermt

Overzicht

Gevonden: 2604

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
alles kwijt dubbel of kwijt: dobəl of kwêt!! (Kermt) Hij is alles kwijt (bij het spel alles verliezen). [ZND 01u (1924)] III-3-2
alpinomuts bivakmuts: bivakmots (Kermt), muts: moͅəts (Kermt) alpino(muts) [patsj] [N 25 (1964)] III-1-3
andere damesschoenen aansteker: oͅstekər (Kermt) damesschoenen; inventarisatie overige soorten; betekenis/uitspraak [N 24 (1964)] III-1-3
andere jaktypen trois quarts (fr.): driekwartsjas  trwa.-kār} of [droͅiə kwo͂ͅət (Kermt) jak; inventarisatie overige soorten; betekenis/uitspraak [N 23 (1964)] III-1-3
andere nachtkleding: nachtsokken slaapsokken: slōpzok (Kermt) nachtkleding: inventarisatie overige soorten; betekenis/uitspraak [N 25 (1964)] III-1-3
andijvie andijvel: andievel (Kermt, ... ), dijvelsalade: dievelslaat (Kermt, ... ), dijvetsalade: di.vətslōͅət (Kermt) [Goossens 1b (1960)] [ZND 01 (1922)] [ZND 32 (1939)] I-7
angel angel: áŋǝl (Kermt) Het verdedigingsmiddel van de bij dat zich aan het achterlijf bevindt. Het is een scherp, hol spiesje, van weerhaakjes voorzien en verbonden met een gifblaasje. Hiermee steken moer en werkbij. De dar mist dit wapen. [N 63, 73a; L 32, 26; JG 1a+1b; monogr.] II-6
anjelier giroffel: ook ZND 1 (a-m) en ZND 1u, 007  gieroffels (Kermt), groffiaat: groffiaote (Kermt) Anjelier, Fr. oeillet, Lat. Dianthus [ZND 15 (1930)] I-7
anker anker: aŋkǝr (Kermt), kruisanker: kręjǝs˱aŋkǝr (Kermt) Stuk ijzer dat wordt gebruikt om muren, vloeren, gordingen etc. met elkaar te verbinden. Het is gewoonlijk samengesteld uit een schieter en een veer. De schieter vormt het metalen onderdeel aan de buitenzijde van de muur en bestaat uit een metalen staaf die in het midden een nok heeft. De veer brengt de verbinding tussen schieter en muur of vloer tot stand. Schieter en veer kunnen met behulp van één of meer spieën aan elkaar worden bevestigd. Zie ook afb. 72. De woordtypen 'strijkanker', 'trekanker' en 'strekanker' worden specifiek gebruikt voor een anker waarvan de veer in de dwarsrichting over twee of drie balken ligt. Het dient om muren te verankeren die evenwijdig lopen met de balklaag. [N 31, 38; N 4A, 51b; N 54, 123b; N 54, 124a; N 54, 126; monogr.] II-9
appel, algemeen appel: apəl (Kermt, ... ) [ZND 01 (1922)] [ZND 26 (1937)] I-7