e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Klimmen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
geer geer: gęjǝr (Klimmen) Een naar boven spits uitlopende lap of strook waarmee men een kledingstuk van onderen verwijdt. [N 62, 11a; L 1a-m; L 23, 71; Gi 1.IV, 17; S 10; monogr.] II-7
geerakker scheuten: šø̄ ̝ǝtǝ (Klimmen) Onder een geerakker wordt hier verstaan dat deel van een akker dat gerend geploegd moet worden als de akker niet de vorm van een rechthoek of een parallellogram heeft. De benaming voor dit onderdeel is niet zelden ook op de gerende akker in zijn geheel toepasselijk. Opgaven die duidelijk de (geometrische) vorm of een scherpe hoek van een akker bleken te betreffen, zijn in dit lemma echter niet opgenomen. Zie verder ook het volgende lemma. [N 11, 4b + 64; N 11A, 127 + 137f + 137g; N P, 1; A 33, 9 add.; A 33, 10; JG 1a + 1b; JG 2b-4, 7; monogr.] I-1
geestelijke geesteling: ne geiselinge (Klimmen), wereldgeestelijke: eine wereltgeestelikke (Klimmen), wereldheer: waereldhiër (Klimmen), wereldlijke heer: waereldlikke hiër (Klimmen) Een priester die geen pater is [heer, geesteling]. [N 96D (1989)] III-3-3
geestelijke communie geestelijke communie (<lat.): de geistelikke kemune (Klimmen), geestelike kommunie (Klimmen) De geestelijke communie, in de geest communiceren. [N 96B (1989)] III-3-3
geestig geestig: geistig (Klimmen) met fijnzinnige humor [koel, gevat, geestig] [N 85 (1981)] III-1-4
geeuwen gapen: gaape (Klimmen), gape (Klimmen) gapen [N 10 (1961)] III-1-2
geeuwhonger geeuwhonger: geiehonger (Klimmen) geeuwhonger [SGV (1914)] III-2-3
gefigureerd glas gefigureerd glas: gefigureerd glas (Klimmen), glas met figuren: glās met fǝgȳrǝ (Klimmen), versierd glas: vǝrsērt ˲glās (Klimmen) Geornamenteerd glas. Gefigureerd glas ontstaat door fluorwaterstof plaatselijk op de glasplaat te laten inwerken. [N 67, 89k] II-9
gegadigde liefhebber: leefhöbber (Klimmen) gegadigde [SGV (1914)] III-1-4
gegolfd glas gegolfd glas: gǝgǫlf ˲glās (Klimmen), gegoten glas: gǝgǭtǝ glās (Klimmen), geribbeld glas: gǝrebǝlt ˲glās (Klimmen), geruit glas: gǝrūt ˲glās (Klimmen), ornamentglas: ǫrnamɛnt˲glās (Klimmen) Gegoten of geperst ondoorzichtig vensterglas met evenwijdig lopende ribben dat wordt gebruikt voor dakbedekking, deurpanelen, etc. [N 67, 89e] II-9