e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Klimmen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
proosten aanstoten: aansjtŏettə (Klimmen), aasjtoeëte (Klimmen) proosten; Hoe noemt U: De glazen tegen elkaar aanstoten als teken dat men elkaar veel goeds toewenst (knutsen, klinken, proosten) [N 80 (1980)] III-2-3
prop bal: Van Dale: I. bal, 2. benaming voor allerlei min of meer bolronde voorwerpen: prop; - ...  bal (Klimmen), knauw: knao (Klimmen) een bal van samendrukbaar materiaal, bijv. papier [dompel, bol, prop] [N 91 (1982)] III-3-1
propje biezen pop: pop (Klimmen), prop: prǫp (Klimmen) De geweekte en tot een prop gestampte biezen die men gebruikt om kieren en gaatjes in vaten en kuipen te dichten. [N E, 54a] II-12
proppenschieter knapbus: knabbös (Klimmen), de laadstok heet "sjeeter", was van eikenhout en werd tegen de muur "gevetst"(D. Fetzen).  knapbös (Klimmen), NB sjtueter: laadstok van proppeschieter.  knapbös (Klimmen), proppenschieter: proͅppe}sjeeter (Klimmen) Klakkebus (speelgoed gemaakt van vlierehout om proppen mee weg te schieten) [knaptoet, kraaktuut, proppesjeeter, klambös]. [N 06 (1960)] || Proppeschieter. III-3-2
prostituée flotsmadam: flŏĕtsjmedam (Klimmen), foetel: cf. fr. s.v. foutre  fōētel (Klimmen), heet wijf: heitwīēf (Klimmen), hoer: hoor (Klimmen), ⁄n hoor (Klimmen) prostituée, publieke vrouw [hoer, lichtvink, deerne, blaar] [N 86 (1981)] III-2-2
provisiekast, etenskast schap: sjaap (Klimmen), šāp (Klimmen, ... ) schaprade [SGV (1914)] || voorraad- of provisiekast [N 05A (1964)] III-2-1
pruik pruik: pruuk (Klimmen), ⁄n pruuk (Klimmen) kunstmatig vervaardigde haarbedekking, valse haardos [kalot, pruik] [N 86 (1981)] III-1-3
pruim pruim: proeme (pl) (Klimmen), zwarte pruim: zjwarte proeme (Klimmen) I-7
pruimen pruimen: proeme (Klimmen), prōēmə (Klimmen), sjieken: sjĭĕkkə (Klimmen) pruimen; Hoe noemt U: Tabak kauwen (pruimen, sikken, sjikken) [N 80 (1980)] III-2-3
pruimtabak sjiek: šik (Klimmen  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]) Tabak die geschikt is om gepruimd te worden. De mijnwerker gebruikte pruimtabak ondergronds ter vervanging van de sigaret. Volgens Dieteren 1984 (pag. 60) stopten de mijnwerkers in het begin van de Limburgse mijnbouw pruimtabak achter hun kiezen als bescherming tegen het gevaarlijke stof. [N 95, 965] II-5