33923 |
roskammen |
roskemmen:
rǫskęmǝ (Q111p Klimmen)
|
Met borstel en kam - zie het volgende lemma - reinigen. [N 8, 102]
I-9
|
26668 |
rosmolen |
mange (fr.):
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst is letterlijk overgenomen, zoals invuller het genoteerd heeft (dus niets(s) omgespeld!).
de maneezje (Q111p Klimmen),
manège (fr.):
mǝnēžǝ (Q111p Klimmen),
rosmolen:
roͅsmolen (Q111p Klimmen),
rǫs[molen] (Q111p Klimmen)
|
De oudste machine die voor het dorsen werd gebruikt. Een paard leverde hier de drijfkracht. Algemeen wordt onder manège een constructie verstaan bestaande uit een vertikale as die door een horizontale boom, waar een paard is voorgespannen, in beweging wordt gebracht. Door middel van een kardan-koppeling wordt die draaiende beweging doorgegeven aan een horizontale as die door de wand van de schuur naar een machine werd geleid en deze aandrijfkracht leverde. In dit geval wordt door de rosmolen een trommel aangedreven waarin de halmen gedorst werden. Vergelijk ook het lemma ''rosmolen'' in de aflevering over de molenaarsterminologie, wld II,3, blz. 163.' [N 14, 7; JG 1a, 1b; monogr.] || dorsmachine: draaiend wiel met boom dat door een trekpaard wordt voortgedreven om de dorsmachine te doen werken [N 14 (1962)] || Een molen die door een paard wordt aangedreven. Koning, spoorwiel en rondsel bevinden zich bij dit molentype onder het steenkoppel. De koning wordt aangedreven met behulp van een trekbalk. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel -ømolenŋ het lemma ɛmolenɛ.' [N D, 3]
I-4, I-7, II-3
|
20955 |
rot |
rot:
#NAME?
ròt (Q111p Klimmen),
Veldeke
rot (Q111p Klimmen)
|
Rot, gezegd van fruit (rotterig, rotsig, rot, meluw). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
33534 |
rot, van fruit |
rot:
+ WLD
ròt (Q111p Klimmen),
Veldeke
rot (Q111p Klimmen)
|
Rot, gezegd van fruit (rotterig, rotsig, rot, meluw). [N 82 (1981)]
I-7
|
33901 |
rotstraal |
rotstraal:
rǫtštrǭl (Q111p Klimmen)
|
Ziekte bestaande in een rotting van de hoornstraal van de hoef, vooral tengevolge van het onhygiënische omstandigheden op stal zoals het langdurig staan in vochtige mest en urine, waardoor de hoeven verweken. Uit de straalgroeve loopt een wit, stinkend vocht. Als de straallederhuid eveneens wordt aangetast, kan kreupelheid optreden. Zie ook het lemma ''straalkanker'' (7.31). Zie afbeelding 15.' [A 48A, 18; N 8, 90l; N 52, 32c; monogr.]
I-9
|
20896 |
rotten |
rotten:
#NAME?
rotte (Q111p Klimmen),
verschrompelen:
versjrumpele (Q111p Klimmen)
|
Rotten en verschrompelen van appels (slijten, uitdrogen, verrompelen, rotte, verfronselen, verslijten, verrimpelen). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
33583 |
rotten, van fruit |
rotten:
+ WLD
rotte (Q111p Klimmen),
verschrumpelen:
+ WLD
versjrumpele (Q111p Klimmen)
|
Rotten en verschrompelen van appels (slijten, uitdrogen, verrompelen, rotte, verfronselen, verslijten, verrimpelen). [N 82 (1981)]
I-7
|
24066 |
rouw dragen |
rouw dragen:
rouw drage (Q111p Klimmen, ...
Q111p Klimmen)
|
Rouw dragen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
20421 |
rouwbrief |
dodenbrief:
der doodebrief (Q111p Klimmen),
doëdebreef (Q111p Klimmen),
dr doeëdebreef (Q111p Klimmen),
doodsbrief:
der doëdsbreef (Q111p Klimmen)
|
De rouwbrief. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24065 |
rouwkrans |
krans:
krans (Q111p Klimmen),
lijkkrans:
dr liekkrans (Q111p Klimmen),
rouwkrans:
der rouwkrans (Q111p Klimmen)
|
De krans die op de kist wordt gelegd [krants]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|