e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kolonie

Overzicht

Gevonden: 40

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schaduw, lommer schaduw: schaduw (Kolonie) schaduw [DC 42B (1967)] III-4-4
sperwer klamper: klamper (Kolonie), sperwer: spêrwër (Kolonie, ... ) sperwer [DC 42b (1967)] III-4-1
torenvalk klamper: klamper (Kolonie) torenvalk III-4-1
tuinman, boomkweker boomkweker: JK Begrip te splitsen? veel samenstellingen met boom- uit RND zijn geconstrueerd; de andere hebben de ruimere betekenis van tuinman.  bomkwekər (Kolonie) [RND 08] I-7
vlaamse gaai bonte merel: bonte merel (Kolonie) gaai III-4-1
wei wei: wāi̯ (Kolonie), wɛ̄i̯ (Kolonie) In het algemeen een stuk weiland of grasweide waar het vee graast. Bedoeld is een niet-omheinde weide. [N 14, 50a; N 14, 50b; N 5AøIIŋ, 76d; N 5AøIIŋ, 76e; N M 4a; L 19B, 2a!; L A2, 430; L 4, 40; L 32, 45; JG 1b, 1d, 2c; A 10, 3; A 3, 40; RND 20; Wi 4; R; S 43; Vld.; N 14, 129 add.; monogr.] I-8
wetering wetering: wetǝreŋ (Kolonie) Hooiwei met sloten omgeven. [N 14, 57; N 14, 61; N 14, 53 add.; N 14, 52 add.; N 18, 19 add.; L 19B, 2aI, RND 20] I-8
witte kwikstaart kwikstaartje: kwikstert(je) (Kolonie) kwikstaart (witte) III-4-1
wulp kluter: kluter (Kolonie) wulp III-4-1
zanglijster, lijster lijster: slèster (Kolonie) zanglijster III-4-1